Digitalsysteme .... eine Gegenüberstellung/nl: Unterschied zwischen den Versionen

Aus RailRoad&Co.-Wiki
Zur Navigation springenZur Suche springen
Albert Hartveld (Diskussion | Beiträge)
Die Seite wurde neu angelegt: „De verbinding met een pc werd eigenlijk pas later toegevoegd en was niet de focus van de eerste ontwikkelingen.“
FuzzyBot (Diskussion | Beiträge)
Übernehme Bearbeitung einer neuen Version der Quellseite
 
(197 dazwischenliegende Versionen von einem anderen Benutzer werden nicht angezeigt)
Zeile 1: Zeile 1:
<languages/>
<languages/>
{{TC78910gsb}}
{{TC7891011gsb}}
__NOTOC__
__NOTOC__


Zeile 67: Zeile 67:
De verbinding met een pc werd eigenlijk pas later toegevoegd en was niet de focus van de eerste ontwikkelingen.
De verbinding met een pc werd eigenlijk pas later toegevoegd en was niet de focus van de eerste ontwikkelingen.


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Deze twee systemen kunnen daarom worden gedefinieerd als "gecentraliseerde systemen".
Somit lassen sich diese beiden Systeme als "zentralistische Systeme" definieren.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Tijdens de ontwikkeling van Selectrix werd voor een compleet andere aanpak gekozen, waarschijnlijk vanwege de industriële ervaring met gedistribueerde systemen. In het Selectrix netwerk zouden de perifere componenten ook zoveel mogelijk "intelligentie" moeten hebben om een "gedistribueerd systeem" te kunnen bouwen. Deze aanpak vereiste ook een compleet ander communicatiesysteem (bussysteem). Met Selectrix kan elke busdeelnemer gegevens / informatie met elkaar uitwisselen; de enige beperking is hier met de locomotiefdecoders (tijdens het rijden).
Bei der Entwicklung von Selectrix wurde, wohl durch die industriellen Erfahrungen mit verteilten Systemen, ein gänzlich anderer Ansatz gewählt.
Im Selectrix-Verbund sollten auch die peripheren Komponenten soviel "Intelligenz" als irgend möglich besitzen, um ein "verteiltes System" aufbauen zu können.
Dieser Ansatz erforderte auch ein komplett anderes Kommunikationssystem (Bussystem). Bei Selectrix kann jeder Busteilnehmer mit jedem anderen Daten / Informationen austauschen; eine Einschränkung ist hier nur bei den Lok-Dekodern (beim Fahren) gegeben.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Dit is niet mogelijk met de twee eerder genoemde systemen, waar er slechts één richting is van de commandopost naar de decoders (randapparatuur); (met uitzondering van de RailCom methode die momenteel op de markt komt met DCC > zie hieronder; evenals "mfx" hier is er een tegenovergestelde richting locomotief decoder > centrale). Met deze twee functies is de tegenovergestelde richting van communicatie echter alleen beperkt tot de locomotief decoder en is niet algemeen geldig zoals bij Selectrix (>> een groot en significant technisch systeemverschil).
Dies ist bei den beiden vorgenannten Systemen nicht möglich, dort gibt es nur eine Richtung von der Zentrale zu den Dekodern (Peripherie);(ausgenommen das im Moment auf den Markt kommende RailCom Verfahren bei DCC > siehe weiter unten; als auch "mfx" hier gibt es eine Gegenrichtung Lokdekoder -> Zentrale).
Bei diesen beiden Merkmalen ist die Gegenrichtung der Kommunikation aber nur auf den Lok-Dekoder begrenzt und eben nicht allgemein gültig wie bei Selectrix (>> ein großer und wesentlicher technischer Systemunterschied).
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Selectrix valt daarom in de categorie "gedecentraliseerde of gedistribueerde systemen".
Selectrix fällt damit in die Kategorie: "dezentrale oder verteilte Systeme" .
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Und_ihre_Auswirkungen"></span>
=== Und ihre Auswirkungen ===
=== En hun effecten ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Uiteindelijk is het, rekening houdend met het bovenstaande, niet verwonderlijk dat zich compleet verschillende communicatiestructuren ontwikkelden, zowel aan de hardwarekant als aan de softwarekant in de vorm van protocollen.
Letztendlich ist es unter Berücksichtigung des vorgenannten nicht verwunderlich, daß sich ganz unterschiedliche Kommunikationsstrukturen entwickelten, sowohl auf der Hardware-Seite als auch auf der Software-Seite in Form der Protokolle.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Terwijl Selectrix het doet met één bussysteem en één protocoltype voor rijden, schakelen en seinen, vereisen DCC en Märklin elk twee bussystemen en protocoltypes; één voor rijden en schakelen en één voor seinen. SX2 vereist een tweede protocoltype voor communicatie met de locomotief decoder.
Während Selectrix mit einem Bussystem und einem Protokolltyp für Fahren, Schalten und Melden auskommt, werden bei DCC und Märklin jeweils 2 Bussysteme und Protokolltypen benötigt; eines für Fahren und Schalten und eines für Melden.
SX2 benötigt in Bezug auf die Kommunikation mit dem Lok-Dekoder einen zweiten Protokolltyp.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Als er handregelaars zijn of moeten worden geïntegreerd om de modelbaan te besturen, is er meestal een derde bus- en protocolsysteem nodig voor Märklin of DCC; Selectrix heeft daarentegen geen extra bussysteem nodig. Bij SX2 kunnen er vanwege de verschillende realisaties door de afzonderlijke fabrikanten ook extra interfaces en/of apparaten op de markt komen in de controlecentra, zodat de handregelaars / bedieningsingangen ook het SX2-protocol kunnen bedienen.
Werden bzw. sollen noch Handregler zur Steuerung der Anlage mit eingebunden werden, dann benötigt man bei Märklin bzw. DCC in aller Regel ein drittes Bus- und Protokoll- System; Selectrix hingegen benötigt kein weiteres Bussystem.
Mit SX2 kommen, wegen der unterschiedlichen Realisierungen durch die einzelnen Hersteller, in den Zentralen u.U. auch zusätzliche Schnittstellen und / oder Geräte auf den Markt, so daß die Handregler / Bedieneingaben auch das SX2 Protokoll bedienen können.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Opmerking: Een Selectrix handcontroller heeft slechts toegang tot één van de SX-bussen van het systeem tegelijk. Als andere SX-bussen moeten worden bediend, moet de handcontroller opnieuw worden aangesloten of omgeschakeld met een elektronische schakelaar.
Hinweis: ein Selectrix-Handregler kann immer nur zu einem Zeitpunkt auf einen der SX-Busse der Anlage zugreifen. Sollen andere SX Busse bedient werden, dann muß der Handregler umgesteckt oder mittels eines elektronischen Schalters umgeschaltet werden
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Unterschiedliche,_offen_gelegten_Bus-Systeme_/_Protokolle"></span>
== Unterschiedliche, offen gelegten Bus-Systeme / Protokolle ==
== Verschillende, openbaar gemaakte bussystemen / protocollen ==
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
=== DCC ===
=== DCC ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Dit protocol (zonder RailCom) is zo ontworpen dat men kan spreken van een "standaard deel" en
Diese Protokoll (ohne RailCom) ist so gestaltet, daß man von einem "Standard-Anteil" und
   een "open deel (uitbreidingen)". Deze gekozen structuur maakt het voor de individuele fabrikanten relatief eenvoudig om specifieke
   einem "offenen Anteil (Erweiterungen)" sprechen kann.
   productuitbreidingen aan het systeem toe te voegen.
   Durch diesen gewählten Aufbau lassen von den einzelnen Herstellern relativ einfach spezifische
   Dit resulteert in protocollen van verschillende lengtes en dus transmissietijden van verschillende lengtes.
   Produktergänzungen in das System einfügen.
  Im Ergebnis ergibt dies unterschiedlich lange Protokolle und damit unterschiedlich lange
  Übertragungszeiten.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
=== Selectrix ===
=== Selectrix ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Het Selectrix (SX1) protocol, dat bestaat uit een "adresbyte" en een "functiebyte", heeft een star, vast kader.  
Das Selectrix (SX1) Protokoll, bestehehnd aus einem "Adress-Byte" und einem "Funktions-Byte",
   Daarom is elke zendtijd hetzelfde en kan hieruit worden afgeleid hoe vaak elke busdeelnemer
  hat einen starren, festen Rahmen.
   binnen een gedefinieerde tijdsperiode wordt aangesproken binnen een bus.
   Aus diesem Grunde ist auch jede Übertragunszeit gleich lang und es läßt sich daraus ableiten wie
   De flexibiliteit van dit bussysteem ligt in het feit dat het busprotocol (individuele bits) zelf niet wordt toegewezen aan een decoderfunctie.
   oft innerhalb eines Busses jeder Busteilnehmer innerhalb einer definierten Zeitperiode
   De functie van de individuele bit volgt uit de logische toewijzing ervan aan de / decoderfunctie / functies.
  angesprochen wird.
   Dit betekent dat hetzelfde bit kan worden geïnterpreteerd als schakeluitgang "S" voor de ene decoder en ingesteld als detectoringang "M"  
   Die Flexibilität bei diesem Bussystem liegt darin, daß das Busprotokoll (einzelne Bit) selbst
  voor de andere > de centrale evalueert dit dan.
  keiner Dekoder-Funktion zugeordnet ist.
   Ook hier kan hetzelfde bit deel uitmaken van een bitcombinatie die een specifiek bericht verzendt, bijv. snelheidsniveau, enz.
   Die Funktion des einzelnen Bits ergibt sich aus dessen logischer Zuordnung zu der / Dekoder
  Funktion / Funktionen.
   So kann das gleiche Bit bei einem Dekoder als Ausgang "S" schalten interpretiert werden und beim
  anderen als Meldereingang "M" gesetzt werden > die Zentrale wertet dies dann aus.
   Wiederum kann das gleiche Bit ein Teil einer Bitkombination sein, die eine bestimmte Meldung
  übermittelt; z.B. Fahrstufe; etc.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Met de introductie van SX2 wordt een tweede protocol voor het aansturen van (momenteel alleen) de locomotief decoders toegevoegd.
Mit Einführung von SX2 kommt ein zweites Protokoll zur Ansteuerung (im Moment nur) der Lok-
   Het doel van SX2 is om het adres- en functiegebied uit te breiden (extra functies).
  Dekoder hinzu.
   Aangezien de nieuwe locomotief decoders van Doehler & Haas, Munchen zo kunnen worden geprogrammeerd (geconfigureerd) om te werken als
   Ziel von SX2 ist es den Adress- und den Funktions- Bereich (Zusatzfunktionen) zu erweitern.
   Selectrix (1 / 2), DCC, Märklin - decoders,
   Da die neuen Lok-Dekoder aus dem Hause Doehler & Haas, München so programmiert (konfiguriert)
   is er een preambule nodig die de decoder vóór elk nieuw protocol informeert voor welke bedrijfsmodus en dus voor
   werden können, daß sie entweder als Selectrix (1 / 2), DCC, Märklin - Dekoder operieren,
   welk "locomotief decodertype" de volgende informatie bedoeld is.
   wird eine Präambel benötigt, die vor jedem neuen Protokoll dem Dekoder mitteilt für welchen
   De preambule wordt dan gevolgd door nog eens 5 bytes die het adres en alle functies bevatten.
   Operationsmode und damit "Lok-Dekoder-Typ" die folgende Information gedacht ist.
   Der Präambel folgen dann 5 weitere Bytes, welche die Adresse und alle Funktionen zum Inhalt haben.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Deze langere verzendtijd vergeleken met SX1 betekent dat de vorige tijden voor een "refresh" niet langer geldig zijn.
Diese zeitlich verlängerte Übertragungsdauer, im Vergleich zu SX1, hat zur Folge, daß die
  bisherigen Zeiten für ein "refreshen" keine Gültigkeit mehr besitzen.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Een andere uitdaging is dat niet alle theoretisch mogelijke adressen van locomotieven voortdurend kunnen worden bijgewerkt.
Ferner kommt die Herausforderung hinzu, daß nicht alle theoretisch möglichen Lokadressen ständig
  aktualisiert werden können.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Het wordt duidelijk dat elke fabrikant van een centrale zijn eigen weg gaat in het realiseren hiervan.  
Es zeichnet sich ab, daß jeder Hersteller einer Zentrale hier seine eigenen Wege in der
   Dit betekent ook een verschillend aantal gelijktijdig bestuurbare locomotieven op een modelbaan.
  Realisierung geht. Diese bedeutet auch eine unterschiedliche Anzahl von gleichzeitg steuerbaren
   Loks auf einer Anlage.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   De oude "SX1 locomotieven" (met hun oude adressen) kunnen samen met
Auf einer Anlage können die bisherigen "SX1 - Loks" (mit ihren bisherigen Adressen) neben neuen
   nieuwe "SX2 locomotieven" op een systeem worden ingezet.
   "SX2 - Loks" betrieben werden.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   In 2011 geeft één fabrikant aan dat er maximaal 16 SX2 locomotieven kunnen worden
Im Jahr 2011, gibt ein Hersteller an, daß bei ihm max. 16 SX2 Loks neben den 103 SX1-Loks
  ingezet naast de 103 SX1 locomotieven.  
  betrieben werden können.
   Een andere fabrikant staat de gelijktijdige inzet van 32 SX2 locomotieven toe.
   Ein weitere ermöglicht den gleichzeitigen Betrieb von 32 SX2 Loks.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Weer een ander gebruikt een volledig aangepast railsignaal gebaseerd op SX op het spoor en
Wiederum ein anderer verwendet auf dem Gleis ein ganz eignes, an SX angelehntes Gleissignal und
   maakt gemengd bedrijf van SX1 en SX 2 locomotieven mogelijk, waarbij het maximum aantal locomotieven nog steeds 103 is.
   ermöglicht den gemischten Betrieb von SX1 und SX 2 - Loks, wobei die max. Anzahl von Loks
  weiterhin bei 103 liegt.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Een andere benadering is dat alleen de eenheden / tientallen / honderdtallen uit het getal van 4 cijfers worden gehaald.
Ein weiterer Ansatz ist, daß aus der 4 stelligen Nummer immer nur die Einer / Zehner/ Hunderter
   Dit betekent dat de locomotieven nog steeds kunnen worden gebruikt in SX1 mode, d.w.z. 103 locomotieven kunnen parallel worden gebruikt.
   Stelle fest verwendet wird und letztlich die Loks dann weiterhin im SX1 - Betrieb, also 103 Loks
  zeitlich parallel zu betreiben sind.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Het valt nog te bezien welke varianten op de markt zullen worden geaccepteerd.
Es wird sich zeigen, welche Varianten am Markt angenommen werden.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Dit geldt voor de zogenaamde SX0-bus van een centrale. Tot nu toe werden de SX0 en SX1 bus
Dieses vorgenannte gilt für den sog. SX0-Bus einer Zentrale. Bisher wurden der SX0 und der SX1 Bus
   van een centrale altijd bediend met dezelfde snelheid en hetzelfde protocol.  
   einer Zentrale immer vom Takt und Protokoll her gleich betrieben.
   Afhankelijk van de bovenstaande oplossing van de fabrikant zal dit in de toekomst waarschijnlijk niet meer het geval zijn.
   Je nach obiger Hersteller-Lösung ist das künftig wohl nicht mehr in jedem Fall so.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   De gebruiker moet daarom ook nadenken over de aansluiting / functie van
Der Nutzer sollte sich daher VOR einem Einsatz von SX2 auch Gedanken über die Anschaltung /
   alle andere decoders / handmatige besturingsapparaten, enz. op de andere SX-bussen
   Funktion aller anderen Dekoder / Handsteuergeräte, etc. an den anderen SX-Bussen machen und bei
   VOORDAT hij SX2 gebruikt en navraag doen bij de leveranciers.
   den Anbietern nachfragen.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
=== Märklin ===
=== Märklin ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Aangezien er geen officiële gegevens / technische informatie over de Märklin protocollen beschikbaar zijn,  
Da es keine offiziellen Daten / techn. Informationen über die Märklin - Protokolle gibt, beziehe
   neem ik dit systeem hier niet op in de protocolbeschouwingen.  
   ich dieses System hier nicht weiter in die Protokoll-Betrachtungen ein.
   Lezers kunnen mogelijk meer informatie krijgen via de gegeven links.
   Leser können sich evtl. über die angebotenen Links weiter informieren.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="System-_und_Kommunikations-_Strukturen"></span>
== System- und Kommunikations- Strukturen ==
== Systeem- en communicatiestructuren ==
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="zentralistische_Systeme"></span>
=== zentralistische Systeme ===
=== Gecentraliseerde systemen ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Fahren_und_Schalten"></span>
=== Fahren und Schalten ===
=== Rijden en schakelen ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
In deze (hier beschouwde) systemen zijn zowel de locomotiefdecoders als alle andere decoders voor het schakelen (displays) verbonden met de centrale via een 2-draads verbinding (bus) -- bijv. rail / spoor of draden / kabels.
Bei diesen (hier betrachteten) Systemen sind sowohl die Lok-Dekoder als auch alle anderen Dekoder zum Schalten (Anzeigen) über eine 2 adrige Verbindung (Bus) -- z.B. Schiene / Gleis oder Drähte / Kabel --mit der Zentrale verbunden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Alle instellingscommando's van de centrale  worden in gecodeerde vorm via deze bus verzonden.
Von der Zentrale werden alle Einstellbefehle codiert über diesen Bus übermittelt.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De respectievelijke spanning en de digitale codering verschillen sterk tussen de twee systemen DCC en Märklin. Er zijn zelfs grote verschillen tussen Motorola I / II en mfx (M4).
Die jeweilge Spannung und ihre digitale Codierung ist zwischen den beiden Systemen DCC und Märklin sehr unterschiedlich.
Selbst zwischen Motorola I / II und mfx (M4) gibt es große Unterschiede.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Meer technische informatie over de bussen en hun protocollen is te vinden via de links (hieronder).
Nähere techn. Informationen über die Busse und ihre Protokolle können über die Links (unten) abgerufen werden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Aangezien de mij bekende decoders voor schakelen/weergeven op de markt een relatief eenvoudige structuur hebben, moet een commando worden gegeven om een uitgang te schakelen > uitgang "aan" en na een tijd t het commando > uitgang "uit".  
Da die mir am Markt bekannten Dekoder zum Schalten / Anzeigen relativ einfach aufgebaut sind muß zum Schalten eines Ausgangs ein Befehl ausgegeben werden > Ausgang "ein" und nach einer Zeit t der Befehl > Ausgang "aus".
De tijd t wordt bepaald in de centrale. Dit betekent dat elke schakeling van een magnetisch artikel 2 busoverdrachten vereist plus tijdverwerking in de centrale.
Die Zeit t wird in der Zentrale verwaltet.  
Daraus folgt, jedes Schalten eines Magnetartikels erforddert 2 Busübertragungen Plus einer Zeitverarbeitung in der Zentrale.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Melden"></span>
=== Melden ===
=== Terugmelden ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Deze functie werd pas noodzakelijk met de uitbreiding van de "PC-besturing", die in feite het "oog" is van het modelspoorbesturingsprogramma, in dit geval TrainController (TC).
Diese Funktion wurde erst mit der Erweiterung der "PC-Steuerung" notwendig.
Sie ist quasi das "Auge des Modellbahn-Steuerungsprogramms, hier von TrainController (TC).
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Het principe van terugmelding is de detectie van een stroom die wordt geactiveerd door een voertuig dat zich in een bewakingsgebied (spoorsectie) bevindt.
Das Prinzip des Meldens ist die Erkennung eines Stromflusses, ausgelöst durch ein Fahrzeug, welches sich in einem Überwachungsbereich (Gleisabschnitt) befindet.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
=== DCC ===
=== DCC ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Bij DCC is de bezetmelding/herkenning gebaseerd op de zogenaamde "stroommeting".
Die Besetztmeldung / Erkennung basiert bei DCC auf der sog. "Strommessung".
   Hier wordt de volledige stroom van een sectie omgeleid via een bezetmelder (decoder).
   Hier wird der gesamte Strom eines Abschnittes über einen Besetztmelder (Dekoder) geführt.
   Als er stroom vloeit omdat een belasting (locomotief of wagon met verlichting of
   Fließt ein Strom weil sich ein Verbraucher (Lok oder Wagen mit Beleuchtung oder
   "weerstandsassen") zich op de spoorsectie bevindt, wordt dit herkend en via een
   "Widerstandsachsen") auf dem Gleisabschnitt befindet, dann wird dies erkannt und über einen
   eigen terugmeldbus met een eigen protocol naar s=de centrale.
   eigenen Meldebus mit eigenem Protokoll an die Zentrale gemeldet.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Opmerking:
Anmerkung:
   De "weerstandsassen" zijn parallel geschakelde weerstanden waarvan de totale weerstand
   Die "Widerstandsachsen" sind elektr. parallel geschaltete Widerstände, deren Gesamtwiderstand
   aanzienlijk verminderd, wat leidt tot een hogere stroom.  
   sich wesentlich reduziert, was zu einem höheren Strom führt.
   Hiermee moet rekening worden gehouden bij het ontwerpen van de weerstandsassen / het configureren
   Dies ist bei der Auslegung der Widerstandsachsen / Konfiguration der Anlage bzw. Empfindlichkeit der Belegtmelder zu berücksichtigen.
  van het systeem of de gevoeligheid van de bezetmelders.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
=== Märklin ===
=== Märklin ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Bij Märklin is de bezetmelding/detectie gebaseerd op het "massacontact".  
Die Besetztmeldung / Erkennung basiert bei Märklin aus der "Masse-Kontaktgabe". Diese historische
   Deze historische term is gebleven, hoewel je in een digitaal systeem niet meer van "massa" kunt spreken.
   Bezeichnung ist geblieben, obwohl man bei einem digitalen System nicht mehr von "Masse" sprechen
   De middenrail is verbonden met één uitgang van de centrale of booster, de andere met één van de twee buitenste rails.
  kann.
   Als er een Märklin (of 3-railvoertuig) op de baan staat, verbinden de elektrisch geleidende assen
   Der Mittelleiter ist an einen Ausgang von Zentrale bzw. Booster angeschlossen, der andere an
   het spoor (de rail) dat verbonden is met de centrale / booster met het andere spoor
  einem der beiden Außengleise (Schienen).
   (terugmeldrail). Deze rail is verbonden met een decoderingang.
   Steht ein Märklin (oder 3 Leiter-Fahrzeug) auf dem Gleis, dann verbinden die elektr. leitenden
   Dit betekent dat dezelfde potentiaal aanwezig is op de ingang van de detector als op de centrale/booster.
   leitenden Achsen das an der Zentrale / Booster angeschlossene Gleis (Schiene) mit dem anderen
   Er loopt nu een kleine stroom (mA) via een weerstand met hoge impedantie in de terugmelddecoder,
   Melde - Gleis (Schiene). Diese Schiene ist an einem Melde-Dekoder-Eingang angeschlossen.
   omdat de terugmelddecoder een aansluiting moet hebben waarop het middengeleiderpotentiaal van de spoorsectie zich bevindt;  
   Somit liegt am Meldereingang das gleiche Potential wie bei der Zentrale / Booster an.
   er moet dus een verbinding zijn met de centrale of booster.
   Über einen im Meldedekoder hochohmigen Widerstand kommt jetzt ein kleiner Stromfluß (mA)
   Uiteindelijk wordt hier ook een stroom gedetecteerd; in tegenstelling tot DCC is deze echter kleiner.   
  zustande, denn der Meldedekoder muß einen Anschluß besitzen auf dem sich das Mittelleiter-
   Potential des Gleisabschnitts befindet; also es muß eine Verbindung zur Zentrale oder Booster
   bestehen.
   Letztendlich wird auch hier ein Stromfluß ausgewertet; im Gegensatz zu DCC ist dieser allerdings
  kleiner.
</div>  


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De twee verschillende benaderingen hebben ook geleid tot verschillende decodertypes op de markt, die elk via verschillende bussystemen verbonden zijn met de centrale.
Die beiden unterschiedlichen Ansätze brachten am Markt auch unterschiedliche Dekodertypen hervor.
Diese sind jeweils über unterschiedliche Bussysteme mit der Zentrale verbunden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Terwijl bij Märklin de "S88"-bus moet worden gebruikt, hangt het bij DCC af van wat de betreffende centrale als terugmeldbus levert.
Während bei Märklin der "S88" Bus sein muß, hängt es bei DCC davon ab, was die jeweilige Zentrale für einen Melde-Bus zur Verfügung stellt.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Identifikation_von_Lok-/Fahrzeug-_Adressen"></span>
== Identifikation von Lok-/Fahrzeug- Adressen ==
== Identificatie van locomotief-/voertuigadressen ==
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
=== DCC ===
=== DCC ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Met het gestandaardiseerde RailCom-systeemonderdeel brengt de DCC-gemeenschap momenteel een
Mit dem genormten Systemteil RailCom bringt die DCC Gemeinde derzeit ein Rückmeldesystem auf dem
   feedbacksysteem op de markt, dat niet alleen het decoderadres van de locomotief doorgeeft,  
   Markt, was nicht nur die Lok-Dekoder-Adresse meldet, sondern noch umfangreichere sonstige
   maar ook nog uitgebreidere
   Informationen liefert, wie z.B. schnelles Lokprogrammieren überall auf der Anlage, Erkennen verschmutzter Gleise und Informationen über angekuppelte Waggons (Zukunft).
  andere informatie biedt, zoals het snel programmeren van locomotieven overal op de modelbaan,  
   Unter OpenDCC findet der Leser hierzu eine umfangreiche Abhandlung.
  detectie van vervuilde sporen en informatie over gekoppelde wagons (toekomst).
</div>
   Onder OpenDCC vindt de lezer een uitgebreide verhandeling hierover.


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   In principe is de oplossing gebaseerd op de volgende procedure:
Im Prinzip basiert die Lösung auf folgendem Verfahren:
   De baanspanning wordt momenteel met regelmatige, zeer korte tussenpozen geschakeld, zodat
   Die Gleisspannung wird derzeit in regelmäßigen, sehr kurzen Abständen umgeschaltet, so daß
   een "blokspanning" wordt gecreëerd. Er wordt een korte vertraging ingevoegd in dit omschakelmoment,
   die "Rechteckspannung" entsteht. In diesen Umschaltmoment wird eine kurze Verzögerung eingefügt,
   Dit schakelt de baan korte tijd uit door de centrale / booster > spanningsloos.
   damit ist das Gleis für eine kurze Zeit von der Zentrale / Booster abgeschaltet > Spannungslos.
   Een locomotiefdecoder kan nu binnen deze tijdspanne een bericht verzenden via de rails,
   Innerhalb dieser Zeitspanne kann jetzt ein Lokdekoder eine Meldung über die Gleise schicken,
   dat vervolgens moet worden geregistreerd en geanalyseerd door de centrale.
   die dann von der Zentrale aufgenommen und ausgewertet werden muß.
   De locomotiefdecoder gebruikt een kleine condensator
   Der Lokdekoder benutzt als Energiequelle für die Aussendung einen kleinen, auf dem Dekoder vorhandenen Kondensator.
  op de decoder als energiebron voor de transmissie.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Opmerking:
Anmerkung:
   Als de baanspanning na de korte vertraging weer wordt toegepast, laadt de condensator weer op.
   Liegt nach der kurzen Verzögerung wieder die Gleisspannung an, dann lädt sich der Kondensator
   De condensatoren van alle locomotieven op de modelbaan zijn elektrisch parallel geschakeld,
  wieder auf.
   zodat er een aanzienlijke laadstroom kan ontstaan aan het einde van de terugmelding.  
   Die Kondensatoren aller auf der Anlage befindlichen Loks sind elektr. gesehen parallel geschaltet,
   Hiermee moet rekening worden gehouden bij het ontwerp van de booster.
   so daß sich am Ende der Rücksendung ein durchaus beachtlicher Ladestrom ergeben kann. Das muß bei der Auslegung
   der Booster berücksichtigt werden.
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   De tijdslots voor Railcom worden gehaald uit de bestaande synchronisatiebits, de snelheid van de
Die Zeitschlitze für Railcom werden aus den sowieso vorhandenen Synchronisationsbits genommen, die Geschwindigkeit der Datenübertragung
   gegevensoverdracht naar de locomotief blijft ongewijzigd.  
   Richtung Lok bleibt unverändert. Dadurch, dass die Lok den Empfang einer Nachricht mit Railcom bestätigt, kann die Zentrale auf
  Omdat de locomotief de ontvangst van een bericht met Railcom bevestigt, kan de centrale
   die prophylaktische Wiederholung verzichten und so einen höheren Durchsatz erreichen und dadurch genaueres Halten ermöglichen.
  de profylactische herhaling achterwege laten en zo een hogere verwerkingscapaciteit
</div>
   bereiken en nauwkeuriger stoppen mogelijk maken.


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
=== Märklin ===
=== Märklin ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Märklin heeft met mfx (M4) een terugmeldsysteem geïntroduceerd. Dit heeft echter
Mit mfx (M4) hat Märklin ein Meldesystem eingeführt. Dieses hat allerdings eine ganz andere
  een heel andere functie dan het systeem dat onder DCC werd geïntroduceerd en het systeem dat nog
   Funktion als das unter DCC vorgestellt und das noch unter Selectrix vorzustellende Verfahren.
   onder Selectrix moet worden geïntroduceerd.
   Bei Märklin melden sich die Loks mit ihrer Lokdekoder-Adresse beim Aufsetzen automatisch bei
   Bij Märklin worden de locomotieven bij het op de rails plaatsen automatisch
   der Zentrale an. Die Zentrale ordnet dieser Lokdekoder-Adresse eine "Modellbahn-Lok-Adresse" zu.
   aangemeld bij de centrale met het adres van hun locomotiefdecoder.  
   Es findet also keine Identifikation über den Standort des Fahrzeuges (Lok) auf der Anlage statt.
  De centrale kent een "modelspoorlocomotiefadres" toe aan dit locomotiefdecoderadres.
</div>
   Er is dus geen identificatie plaats via de locatie van het voertuig (de locomotief) op het systeem.


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Dezentrale_Systeme"></span>
== Dezentrale Systeme ==
== Gedecentraliseerde systemen ==
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
In dit artikel wordt alleen het Selectrix-systeem besproken.
In diesem Beitrag wird in diesem Abschnitt nur das Selectrix-System betrachtet.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
In principe is de baan via twee lijnen verbonden met de centrale of een booster. Net als bij de andere twee systemen worden deze lijnen gebruikt om de locomotiefdecoder en de locomotiefmotor van stroom te voorzien en data via de bus door te geven.  
Grundsätzlich wird das Gleis über zwei Leitungen an die Zentrale oder einen Booster angeschlossen.
Net als bij DCC wordt de polariteit ook in zeer korte tijdspannes omgeschakeld om een "blokspanning" te genereren. Het protocol is echter anders dan bij DCC en Märklin.
Über diese Leitungen erfolgt, wie bei den beiden anderen Systemen auch, die elektrische Versorgung des Lokdekoders und des Lok-Motors als auch die Busübermittlung.
Wie bei DCC wird auch hier die Polarität in sehr kurzen Zeitspannen zur Erzeugung einer "Rechteckspannung" umgeschaltet. Das Protokoll ist allerdings unterschiedlich zu DCC, als auch gegenüber Märklin.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Boosters zijn verbonden met het controlecentrum via de zogenaamde PX-bus. Via deze bus wordt het zendsignaal van de centrale naar de boosters gestuurd. De boosters passen het dan toe op de baanspanning binnen hun voedingsbereik.
Booster werden über den sog. PX-Bus mit der Zentrale verbunden. Über diesen Bus wird das Übertragungssignal von der Zentrale an die Booster übermittelt. Die Booster prägen es dann innerhalb ihres Versorgungsbereichs der Gleisspannung auf.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Fahren,_Schalten_und_Melden"></span>
=== Fahren, Schalten und Melden ===
=== Rijden, schakelen en terugmelden ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Vanuit het gezichtspunt van de centrale maakt het spoor deel uit van de SX 0 bus. En een locomotiefdecoder (rijden) kan alleen worden aangesloten op een SX 0-bus!!
Aus Sicht der Zentrale ist das Gleis ein Teil des SX 0 - Busses. Und nur an einem SX 0 Bus kann ein Lok-Dekoder (Fahren) angeschaltet werden !!
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Alle andere SX decoders (schakelen, terugmelden) kunnen worden aangesloten op de centrale via een van de twee SX 0 of SX 1 bussen. Beide bussen hebben een volledig identieke structuur --- bij gebruik van SX1; bij SX2 kunnen er verschillen zijn afhankelijk van de oplossing van de fabrikant (zie hierboven !!).
Alle anderen SX - Dekoder (Schalten, Melden) können wahlfrei über einen der beiden SX 0 oder SX 1 Bus mit der Zentrale verbunden sein. Beide Busse sind vollkommen identisch aufgebaut --- bei Einsatz von SX1; bei SX2 kann es je nach Hersteller -Lösung Unterschiede geben (s.oben !!!).
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De logische circuits van de decoders worden ook via deze bussen gevoed !!!, terwijl spanningen voor het schakelen enz. apart aan de decoder moeten worden geleverd.
Über diese Busse werden auch die logischen Schaltkreise der Dekoder versorgt !!, während Spannungen zum Schalten, etc. separat dem Dekoder zuzuführen sind.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
In tegenstelling tot DCC en Märklin is er een groot verschil bij het schakelen. Als er bijvoorbeeld een wissel geschakeld moet worden met SX, stuurt de centrale alleen een bericht naar de decoder met de inhoud > wissel schakelen en de wisselstand. De decoder neemt het inschakelen van het magneetartikel (spoel) over en observeert de inschakelduur (stroomduur) en schakelt het magneetartikel vervolgens weer uit. Vanuit het oogpunt van de centrale is dit een vermindering van 50% busbelasting per schakelhandeling en een aanzienlijke vermindering van de tijdsduur (inschakelduur van het magneetartikel).
Beim Schalten zeigt sich -- im Gegensatz zu DCC und Märklin -- ein großer Unterschied. Soll bei SX z.B. eine Weiche geschaltet werden, dann setzt die Zentrale an den Dekoder nur eine Meldung ab mit dem Inhalt > Weiche schalten und die Weichenstellung.
Der Dekoder übernimmt das einschalten des Magnetartikels (Spule) und beachtet die Einschaltdauer (Stromflußdauer) und schaltet dann den Magnetartikel wieder aus.
Aus Sicht der Zentrale ist dies pro Schaltvorgang eine 50% Busentlastung und eine starke Entlastung bei der Zeitverfolgung (Einschaltdauer des Magnetartikels).
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Het principe van terugmelden is hetzelfde als bij DCC, namelijk een ''meting van de totale stroom'' in het terugmeldtraject. In dit geval is de terugmelddecode aangesloten op een van de SX-bussen en verbonden met de centrale.
Das Prinzip des Meldens ist das gleiche wie bei DCC, also eine ''Messung des Gesamtstroms'' im Meldeabschnitt. Wobei der Meldedekoder hier an einen der SX-Busse angeschlossen und mit der Zentrale verbunden ist.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Echter, als Märklinisten - zoals ikzelf - SX willen gebruiken, dan is de "Märklin variant" ook voor hen beschikbaar vanwege de 3-draads rails. Zoals te zien is onder Märklin, kan er een verbinding worden gemaakt van de "terugmeldrail" naar de SX terugmeld ingang. De gebruiker moet echter zelf een weerstand van bijvoorbeeld 10 k Ohm in deze aansluiting steken. Een "massacontact"-melding werkt dan zoals hierboven beschreven.
Wollen Märklinisten allerdings -- wie ich selbst, SX verwenden --, dann steht ihnen aufgrund des 3 Leitergleises auch die "Märklin-Variante" zusätzlich zur Verfügung.
Wie unter Märklin dargestellt, kann vom "Melde-Gleis (Schiene)" eine Verbindung zum SX-Melder-Eingang geführt werden. In diese Verbindung muß der Nutzer allerdings selbst einen z.B. 10 k Ohm Widerstand einfügen. Damit funktioniert eine "Masse-Kontakt" Meldung wie zuvor beschrieben.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Konfigurierungshinweis_für_SX-Besetztmelder"></span>
=== Konfigurierungshinweis für SX-Besetztmelder ===
=== Configuratie notitie voor SX bezetmelder ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Houd rekening met het volgende bij het configureren van bezetmelders van de SX
Bei der Konfiguration (Anschaltung an SX - Bus einer Zentrale) von SX - Besetztmeldern ist
  (verbinding met de SX-bus van een centrale):
  folgendes zu beachten:
   Bezetmelders '''ZONDER''' opto-couplers die het spoorpotentiaal scheiden van het potentiaal
   Besetztmelder '''OHNE''' Opto-Koppler, die das Gleispotential vom Potential des Besetztmelders
   van de bezetmelder, '''moeten'''' worden aangesloten op de centrale
   trennen, '''müssen''' an der Zentrale angeschlossen werden, an die auch die Gleisversorgung
   waarop ook de spoorvoeding is aangesloten.
   angeschlossen ist.
   Bezetmelders '''MIT''' opto-couplers kunnen ook worden aangesloten op de SX-bussen van de
   Besetztmelder '''MIT''' Opto-Koppler können auch an die SX-Busse der anderen Zentralen
   andere centrales.
   angeschlossen werden.
   Der TC-Forumsbeitrag :  
   Der TC-Forumsbeitrag :
  http://www.freiwald.com/forum/viewtopic.php?f=8&t=14071&hilit=sx+optokoppler+besetztmelder
http://www.freiwald.com/forum/viewtopic.php?f=8&t=14071&hilit=sx+optokoppler+besetztmelder
   liefert hierzu in bildhafter Darstellung die "elektrische Erklärung".
   geeft een picturale voorstelling van de "elektrische uitleg".
   Für Detailfragen, bitte den Verfasser per eMail kontaktieren.
   Voor gedetailleerde vragen kunt u per e-mail contact opnemen met de auteur.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Selectrix_II_---_und_die_neue_Lok-Adressierung"></span>
=== Selectrix II --- und die neue Lok-Adressierung ===
=== Selectrix II --- en de nieuwe locomotief adressering ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Met de introductie van SX II is de eerdere "tekortkoming" van "slechts 100 locomotiefadressen" opgeheven. Er kunnen nu ongeveer 10.000 adressen worden toegewezen aan locomotiefdecoders; meer dan genoeg. Bovendien zijn er extra uitgangen op de locomotiefdecoder voor het schakelen van locomotieffuncties.
Mit Einführung von SX II wurde das bisherige "Manko" von "nur 100 Lokadressen" aufgehoben.
Es lassen sich jetzt ca. 10.000 Adressen für Lok-Dekoder vergeben; mehr als genug.
Ferner wurden zusätzliche Ausgänge auf dem Lok-Dekoder zum Schalten von Lok-Funktionen bereit gestellt.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Maar hoe kan het oude principe van ongeveer gelijke cycli worden gehandhaafd in decodercommunicatie??
Aber wie kann dann das alte Prinzip mit annähernd gleichen Zyklen in der Dekoderkommunikation eingehalten werden ??
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Strikt genomen helemaal niet, omdat de protocoloverdracht aanzienlijk langer duurt dan met SX1.
Genau genommen gar nicht, denn eine Protokollübertragung dauert wesentlich länger als bei SX1.
In tegenstelling tot SX1 specificeert de systeemaanpak bovendien niet langer een vast aantal locomotiefadressen, maar worden deze gedefinieerd door de fabrikant van een centrale -- 10.000 is waarschijnlijk een illusie en zelfs 100, zoals bij SX1, ligt ver buiten het bekende "verversingskader".
Hinzu kommt, daß im Gegensatz zu SX1 keine feste Anzahl von Lok-Adressen mehr durch den Systemansatz vorgegeben sind, sondern jeweils durch den Hersteller einer Zentrale festgelegt werden -- 10.000 sind wohl illusorisch und selbst 100, wie bei SX1 sprengen schon weit den bekannten "refresch - Rahmen".
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Na wat onderzoek kwam ik tot de conclusie dat met SX2 alleen het railsignaal als zodanig "gestandaardiseerd" is, maar dat de daadwerkelijke realisatie van SX2, voor zover het de gebruiker interesseert, wordt overgelaten aan de individuele fabrikanten van de centrales.
Nach einigen Recherchen bin ich zu dem Ergebnis gekommen, daß bei SX2 nur das Gleissignal als solches "genormt" ist.
Die eigentliche Realisierung von SX2, sowie sie den Nutzer interessiert, aber den einzelnen Herstellern der Zentralen überlassen bleibt.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Als gevolg daarvan bepalen deze ook hoeveel locomotieven tegelijkertijd actief mogen zijn op het systeem onder SX2.  
Infolge legen diese auch fest, wieviele Loks auf der Anlage unter SX2 gleichzeitig aktiv betrieben werden dürfen.
Deze bepaling van het maximum aantal resulteert dan in een maximum tijdsbestek voor het SX2 verversingsgedeelte.  
Aus dieser Festlegung, der max. Anzahl ergibt sich dann für den SX2 refresh-Anteil wieder ein max. zeitlicher Rahmen.
De hele verversingscyclus bestaat dan, voor zover ik weet, uit het eerder bekende SX1 verversingsgedeelte en het respectievelijke nieuwe SX2 verversingsgedeelte.
Der gesamte refresh-Zyklus, soweit mir bekannt, setzt sich dann aus dem bisher bekannten SX1 refresh-Anteil und dem jeweiligen neuen SX2 refresh-Anteil zusammen.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Hierbij moet worden opgemerkt dat het verversingsaandeel van SX2 in de loop van de tijd fluctueert binnen het minimum/maximum aantal "actieve" SX2-locomotieven, d.w.z. het is afhankelijk van de belasting.
Hierbei ist zu beachten, daß der SX2 refresh-Anteil innerhalb der min. / max. Anzahl von "aktiven" SX2-Loks zeitlich schwankt, also in sofern lastaabhängig ist.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Hieruit kan echter meteen worden afgeleid dat er een strategie nodig is waarbij locomotieven als "actief" of "passief" worden geclassificeerd en waarbij in elk geval een flexibele hergroepering plaatsvindt. Bovendien moet in elk geval worden gedefinieerd hoe de "passieve" status op de modelbaan merkbaar is voor de gebruiker.
Daraus läßt sich aber sofort ableiten, daß es einer Strategie bedarf, nach der Loks als "aktiv" oder "passiv" eingestuft werden und jeweils flexibel eine Umgruppierung stattfindet.
Desweiteren ist jeweils zu definieren, wie sich der "passiv" - Zustand für den Nutzer auf der Anlage bemerkbar macht.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Het maximum aantal "actieve" locomotieven heeft twee tegengestelde effecten. Als hun aantal laag is, dan is de hele verversingscyclus korter (meer herhalingen bijv. per sec of min), maar de frequentie van hergroeperen en dus de inspanning in de bediening of in de "wachttijd" neemt toe. Bij een hoger aantal is dit gedrag omgekeerd.
Die jeweilige max. Anzahl von "aktiven" Loks hat dabei zwei gegengerichtete Auswirkungen. Ist ihre Anzahl gering, dann ist zwar der gesamte refresh-Zyklus kürzer (mehr Wiederholungen z.B. pro sek oder min.) hingegen steigt die Häufigkeit der Umgruppierungen und damit der Aufwand im Handling bzw. in der "zeitlichen Wartezeit". Bei höherer Anzahl, ist dieses Verhalten invers.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Een andere overweging is het hogere aantal bytes dat moet worden verzonden in vergelijking met SX1. Het hogere aantal resulteert meestal ook in een hogere foutmarge in de transmissie, wat snelle herhaling weer wenselijker maakt.
Eine weitere Betrachtung gilt der höhreren Anzahl von zu übertragenden Bytes, verglichen mit SX1.
Die höhere Anzahl bedingt typischerweise auch eine höhere Fehlerrate in der Übertragung, damit wird wieder eher eine schnelle Wiederholung wünschenswert.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Een ander gevolg van deze "vrijheid" is dat de interface van de centrale <> PC van fabrikant tot fabrikant verschilt. Het valt nog te bezien hoe de afzonderlijke fabrikanten van besturingsprogramma's voor modelspoorwegen, zoals TC, hierop zullen reageren.
Eine weitere Folge dieser "Freiheit" ist, daß die Schnittstelle Zentrale <> PC je nach Hersteller unterschiedlich ausfällt.
Es bleibt abzuwarten, wie die einzelnen Hersteller von Modellbahn-Steuerungsprogrammen, wie TC, darauf reagieren.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Beispiel"></span>
=== Beispiel ===
=== Voorbeeld ===
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   Eén fabrikant is van plan om 12 SX2 locomotieven tegelijk te ondersteunen,
Ein Hersteller plant die Gleichzeitigkeit von 12 SX2-Loks zu unterstützen, ein anderer offeriert
   terwijl een andere fabrikant al ondersteuning biedt voor 32 SX2 locomotieven.
   bereits die Unterstützung von 32 SX2-Loks.
   In beide gevallen is de bovenstaande "passief" zo gedefinieerd dat snelheidsniveau 0  
   In beiden Fällen wird das obige "passiv" so definiert, daß die Fahrstufe 0 vorliegen muß UND ALLE
   aanwezig moet zijn EN ALLE extra functies en ALLE locomotiefverlichting zijn uitgeschakeld.
   Zusatzfunktionen als auch ALLE Lok-Lichter ausgeschaltet sind.
   Dit betekent dat de gebruiker - handmatig of via de pc - deze constellatie tot stand moet brengen.
   Dies bedeutet, daß der Nutzer -- gleich ob im manuellen Betrieb oder via PC -- diese
   Als de "gelijktijdigheidslimiet" wordt bereikt, betekent dit bijvoorbeeld dat een locomotief
  Konstellation herbeiführen muß.  
   op donker moet worden geschakeld terwijl hij in het station wacht, zodat een andere kan rijden.
   Ist die "Gleichzeitigkeitsgrenze" erreicht, bedeutet dies, daß z.B. eine Lok dunkel geschaltet
   Zo'n aanpak lijkt onrealistisch, vooral als je zulke krachtige
   werden muß, während sie im Bahnhof wartet, damit eine andere fahren kann.
   modelspoorbesturingsprogramma's als TC gebruikt.
   Ein solcher Lösungsansatz erscheint wirklichkeitsfremd, insbesondere bei Verwendung von so
   mächtigen Modellbahnsteuerungsprogrammen, wie TC.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Identifikation_von_Lok-/Fahrzeug-_Adressen"></span>
=== Identifikation von Lok-/Fahrzeug- Adressen ===
=== Identificatie van locomotief-/voertuigadressen ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Deze identificatiemethode is een beetje "lastig".
''Diese Identifikations-Methode ist etwas "tricki".''
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Net als bij DCC verandert het spoorpotentiaal op de rails ook bij SX. Dit resulteert in een klein spanningsverschil - terwijl dit bij DCC veel groter moet zijn!
Wie bei DCC wechselt auch bei SX das Gleispotential an den Schienen. Hierbei entsteht eine kleine Spannungslücke -- während diese bei DCC sehr viel größer sein muß !!
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
In deze korte fase ontlaadt een kleine condensator op de locomotiefdecoder zich via de rails en de op de rail aangesloten detectoringang en vandaar naar de booster/centrale en terug naar de rails > locomotief.
In dieser kurzen Phase entlädt sich ein kleiner Kondensator, der sich auf dem Lok-Dekoder befindet über die Schienen und den an der Schiene angeschlossenen Meldereingang und von dort zum Booster / Zentrale und wieder zurück zum Gleis / Schiene > Lok.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De resulterende kleine stroom (ongeveer 1-2 mA voor SX I; ongeveer 5 mA voor SX II) wordt herkend en geëvalueerd door de detector.
Der hierbei entstehende kleine Stromfluß (bei SX I ca. 1-2 mA; bei SX II ca. 5 mA) wird vom Melder erkannt und ausgewertet.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Hoe werkt nu de toekenning aan het adres van de locomotiefdecoder?
Wie erfolgt nun die Zuordnung zur Lok-Dekoder-Adresse ??
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De condensatorontlading vindt plaats tijdens het verzenden van informatie naar locomotief xyz. De "intelligente" SX-detector registreert (onthoudt) in elk geval het verzonden locomotiefadres. Als er nu onmiddellijk een condensatorontlading volgt in de waarnemingssectie (signalering), kan hij het adres van de locomotief toewijzen aan deze sectie, wat bijvoorbeeld overeenkomt met een blok in TC (TrainController).
Die Kondensatorentladung erfolgt während der Übertragung der Informationen an die Lok xyz.
Der "intelligente" SX-Melder registriert (merkt sich) sich die jeweils gesendete Lok-Adresse. Folgt jetzt unmittelbar in seinem Beobachtungs (Melde-) Abschnitt eine Kondensatorentladung, dann kann er die Lokadresse diesem Abschnitt zuordnen, was z.B. bei TC (TrainController) einem Block entspricht.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
'''Tip:''' Als SX-identificatie wordt gebruikt, moeten alle lampen / LED's in de locomotief en wagon aan één kant worden aangesloten via een snel schakelende siliciumdiode volgens de SX-specificatie.
'''Hinweis:''' Soll die SX-Identifikation eingesetzt werden, dann müssen nach SX-Angabe alle in Lok und Wagen vorhandenen Birnchen / LEDs auf einer Seite über eine schnell schaltende Silizium-Diode verbunden werden.
Deze diode voorkomt "kruisstromen" die zouden optreden tijdens de ontlading van de condensator en dan zou er geen zuivere detectie kunnen plaatsvinden.
Diese Diode verhindert "Querströme" die bei der Kondensatorentladung auftreten würden und dann könnte keine saubere Erkennung erfolgen.
Als Märklinisten SX en de bijbehorende detectoren gebruiken (zie hierboven), dan moet er ook een diode in serie met de weerstand worden aangesloten om zulke redenen.
Wenn Märklinisten SX und seine Melder einsetzen (s. oben), dann muß aus solchen Gründen auch eine Diode in Serie zum Widerstand gechaltet werden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Ook hier worden de locomotief EN de locatie herkend bij het op de rails plaatsen. Een vergelijking met DCC laat zien dat het DCC terugmeldsysteem veel geavanceerder is dan dat van SX.
Auch hier wird beim Aufgleisen die Lok UND der Standort erkannt. Beim Vergleich zu DCC fällt auf, daß das DCC Meldesystem sehr viel weiter ausgebaut ist als das von SX.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
'''LET OP:''' Bovenstaande geldt momenteel alleen voor SX1 locomotieven; locomotieven met de nieuwe "multi-protocol decoders" blijken dit nog niet te ondersteunen.  
'''ACHTUNG:''' Das vorgenannte gilt derzeit nur für SX1 Loks; Loks mit den neuen "Multi-Protokoll-Dekodern" scheinen dieses noch nicht zu unterstützen.
Hetzelfde geldt ook voor de zogenaamde "intelligente" bezetmelders.
Analoges gilt auch für die sog. "intelligenten" Besetztmelder.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
'''ALGEMEEN:''' De moderne PC modelspoorbesturingsprogramma's van tegenwoordig, zoals TC, hebben een dergelijke identificatie niet nodig voor het lopende bedrijf van de modelbaan. Dergelijke systemen kunnen echter nuttig zijn als treinbewegingen handmatig - zonder PC-programma - moeten worden uitgevoerd in gebieden die moeilijk te zien zijn (bijv. schaduwstations).
'''ALLGEMEIN:''' Die heutigen, modernen PC-Modellbahn-Steuerungsprogramme, wie TC, benötigen keine solche Identifikation für den laufenden Betrieb der Anlage.
Allerdings können solche Systeme hilfreich sein, wenn in schwer einsehbaren Bereichen (z.B. Schattenbahnhöfen) manuell - ohns PC-Programm - Zugbewegungen vorgenommen werden müssen.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Multiprotokoll-Zentrale_und_Dekoder"></span>
=== Multiprotokoll-Zentrale und Dekoder ===
=== Multi-protocol centrales en decoders ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Er komen steeds meer multiprotocol decoders en centrales op de markt, in de eerste plaats als marketinginstrument voor fabrikanten, maar ook als instrument in de "verdelings slag" van marktaandelen.
Auf dem Markt werden zunehmend mehr Multiprotokoll Dekoder und Zentralen angeboten.
Dies ist wohl primär als Marketing Instrument der Hersteller zu sehen, als auch ein Instrument beim "Verteilungskampf" von Marktanteilen.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
In zeer weinig gevallen zullen particuliere modelspoorders (afgezien van clubs) een groot aantal en verscheidenheid aan modelspoorbanen (locomotieven) bezitten.  
In den wenigsten Fällen werden private Modellbahner (außer Clubs) eine Vielzahl und Vielfallt von Modellbahnen (Loks) besitzen.
Zelfs als dit hier en daar het geval zou zijn, zou een decoderombouw ook een goed alternatief zijn voor een "multiprotocol modelbaan".
Auch wenn dies hier und da der Fall sein sollte, dann wäre ein Dekoder-Umbau auch eine gute Alternative zu einer "Multiprotokoll-Anlage".
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Werken met meerdere systemen (protocollen) op één systeem is niet onproblematisch en vereist altijd "meervoudige kennis" van de gebruiker bij het instellen, bedienen en onderhouden van zijn systeem.
Mit mehreren Systemen (Protokollen) auf einer Anlage zu arbeiten ist nicht unproblematisch und bedarf vom Nutzer immer ein "Mehrfach-Wissen" beim Aufbau, Betrieb und Pflege seiner Anlage.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Vanuit technisch oogpunt moet worden opgemerkt dat er altijd tijdvertragingen zijn bij het "omschakelen" van de protocollen -- vergeleken met een enkel protocol systeem.
Aus technischer Sicht ist anzumerken, daß es immer zu zeitlichen Verzögerungen beim "Umschalten" der Protokolle kommt -- gegenüber einem Reinrassigen-System.
De omschakeling in de spoorvoeding (klok, codering) moet worden uitgevoerd of herkend door de centrale/decoder.
Es müssen von der Zentrale / Dekoder die Umstellung in der Gleisversorgung (Takt, Codierung) vorgenommen bzw. erkannt werden.
In "gecentraliseerde systemen" hebben niet alleen de locomotiefdecoders last van dergelijke timingproblemen, maar ook ALLE schakeldecoders die op de bus (centrale) zijn aangesloten.
Bei "zentralistischen Systemen" sind von solchen zeitlichen Belangen nicht nur die Lok-Dekoder betroffen, sondern zusätzlich ALLE an dem Bus (Zentrale) angeschlossenen Schaltdekoder.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Hoewel de individuele tijden slechts in het µs / ms bereik liggen, kunnen ze bij elkaar optellen. De mix van locomotieven en hun huidige gebruik is hier ook een belangrijke factor.
Wenngleich sich die einzelnen Zeiten nur im µs / ms - Bereich bewegen mögen, so können sich diese addieren. Hier ist ein wesentlicher Faktor auch der Mix der Loks und ihre jeweils aktuelle Nutzung.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
'''Opmerking:''' De locomotiefdecoders die Doehler & Haas momenteel aanbiedt, worden bij de eerste ingebruikname ingesteld op een van de mogelijke baanformaten (DCC, Märklin, Selectrix (1/2), afhankelijk van de gebruikte centrale.  
'''Hinweis:''' Die gegenwärtig von Doehler & Haas angeboteten Lokdekoder werden bei der Erstinbetriebnahme auf
Ze werken dan uitsluitend in deze bedrijfsmodus op de modelbaan.
eines der möglichen Gleisformate (DCC, Märklin, Selectrix (1/2), je nach verwendeter Zentrale,
eingestellt.
Auf der Anlage arbeiten sie im Betrieb dann ausschließlich in diesem Operationsmodus.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Einsatz_auf_Modellbahn-Anlagen"></span>
== Einsatz auf Modellbahn-Anlagen ==
== Gebruik op modelspoorbanen ==
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Labor_v.s._Anlage"></span>
=== Labor v.s. Anlage ===
=== Laboratorium v.s. baan ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Het lijdt geen twijfel dat deze multiprotocolsystemen perfect werken in de laboratoria van de individuele fabrikanten.
Es wird keinen Zweifel geben, daß diese Multiprotokoll-Systeme in den Labors der einzelnen Hersteller einwandfrei arbeiten.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Op de verschillende banen, vooral op middelgrote en in combinatie met besturingsprogramma's voor pc's zoals TC, kunnen er tijdgerelateerde problemen optreden bij het verwerken van de besturingscommando's/detectoropvragingen.
Auf den unterschiedlichen Anlagen, insbesondere auf mittelgroßen und dies im Zusammenwirken mit PC-Anlagen-Steuerungsprogrammen, wie TC, kann es zu zeitlichen Problemen bei der Abarbeitung der Steuerbefehle / Melderabfragen kommen.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Dit is met name het geval wanneer gecentraliseerde systemen zoals DCC en Märklin met totaal verschillende signale/busprotocollen samen worden gebruikt als een multiprotocolsysteem.
Dies insbesondere dann, wenn zentralistische Systeme wie DCC und Märklin mit komplett unterschiedlichen Gleis-Signalen / Busprotokollen zusammen als Multiprotokoll - System betrieben werden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Beispiel_Schalten"></span>
=== Beispiel Schalten ===
=== Voorbeeld schakelen ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
'''Taak:''' Het schakelen van een wissel vanuit TC.
'''Aufgabe:''' Schalten einer Weiche von TC heraus.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
'''Oplossing:''' Märklin / DCC
'''Lösung:''' Märklin / DCC
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
TC stuurt een bericht via de PC <> centrale om wissel x naar positie r te schakelen.
TC sendet über den Bus PC <> Zentrale eine Meldung zum Schalten der Weiche x in Stellung r.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De centrale moet deze boodschap opnemen en opsplitsen in drie acties ..
Die Zentrale muß diese Meldung aufnehmen und in drei Aktionen zerlegen ..
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
# Bericht naar bijbehorende wisseldecoder sturen met de inhoud Uitgang (= wissel x) inschakelen (stroom > spoel magneetartikel)
# Meldung an zugehörigen Weichendekoder senden mit dem Inhalt Ausgang (= Weiche x) einzuschalten (Stromfluß > Magnetartikel Spule)
# Stel een tijd in voor de inschakeltijd van de spoel en vraag wanneer deze is verstreken
# Zeit für Dauer der Einschaltung der Spule setzen und abfragen, wann diese abgelaufen ist
# Bericht verzenden naar bijbehorende wisseldecoder met de inhoud om uitgang (= wissel x) uit te schakelen (geen stroom > spoel van magneetartikel)
# Meldung an zugehörigen Weichendekoder senden mit dem Inhalt Ausgang (= Weiche x) auszuschalten (kein Stromfluß > Magnetartikel Spule)
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
TC mag gedurende deze periode GEEN verdere bijv. schakelcommando's naar de centrale sturen. Dit betekent dat een overeenkomstige "wachttijd" moet worden ingevoerd in TC, die langer moet zijn dan de periode die is ingesteld onder 2) plus reserve.
TC sollte in dieser Zeitspanne KEINE weiteren z.B. Weichenbefehle an die Zentrale senden. D.h. in TC ist eine entsprechende "Wartezeit" einzutragen, diese sollte größer sein als die unter 2) eingestellte Zeitdauer plus Reserve.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Deze reserve is in de praktijk nodig, omdat kan worden aangenomen dat een bustransmissie moet worden herhaald vanwege fouten.
Diese Reserve wird in der Praxis benötigt, da davon auszugehen ist, daß eine Busübertragung wegen Störungen auch wiederholt werden muß.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Er kunnen ook andere activiteiten "ertussen komen".
Es können auch sonstige Aktivitäten "dazwischen kommen".
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
'''Oplossing:''' Selectrix - TC stuurt een bericht via de PC <> centrale bus om wissel x naar stand r te schakelen.
'''Lösung:''' Selectrix - TC sendet über den Bus PC <> Zentrale eine Meldung zum Schalten der Weiche x in Stellung r.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De centrale moet dit bericht opnemen en afbreken in een actie ...  
Die Zentrale muß diese Meldung aufnehmen und in eine Aktionen zerlegen ..
# Bericht naar bijbehorende wisseldecoder sturen met de inhoud om uitgang (= wissel x) naar positie r te schakelen.
# Meldung an zugehörigen Weichendekoder senden mit dem Inhalt Ausgang (= Weiche x) auf Stellung r zu schalten.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De SX wisseldecoder ontvangt dit bericht en splitst het op in de acties ....
Der SX-Weichendekoder nimmt diese Meldung auf und zerlegt diese in die Aktionen ....
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
# Uitgang inschakelen (= schakelaar x) (stroom > magneetspoel)  
# Ausgang (= Weiche x) einschalten (Stromfluß > Magnetartikel Spule)
# Tijd instellen voor duur van inschakelen spoel en vragen wanneer deze is verstreken
# Zeit für Dauer der Einschaltung der Spule setzen und abfragen, wann diese abgelaufen ist
# Uitgang uitschakelen (= schakelaar x) (geen stroom > magneetspoel)
# Ausgang (= Weiche x) ausschalten (kein Stromfluß > Magnetartikel Spule)
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
TC mag geen wissels meer sturen zolang de centrale bezet is. Vergeleken met de vorige systeemaanpak is deze opdracht echter veel korter.
TC sollte in der Zeit, in der die Zentrale beschäftigt ist, keine weiteren Weichenbefehle senden.
Im Vergleich zum vorrangegangenen Systemansatz ist diese Belegung aber wesentlich kürzer.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Dit betekent dat er slechts een zeer korte "wachttijd" is in TC.
Somit steht in TC auch nur eine sehr kurze "Wartezeit".
TC kan daarom acties (bijv. schakelpunten) in een veel hoger tempo uitvoeren, omdat het gebruik van zowel de centrale als de systeembussen per actie veel lager is.
TC kann also in einer wesentlicher höheren Sequenz Aktionen (z.B. Weichen schalten) ausführen, da sowohl die Auslastung der Zentrale als auch der Anlagenbusse pro Aktion sehr viel geringer ist.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Anzahl_Fahrstufen_im_Lok-Dekoder_Systembelastung"></span>
===Anzahl Fahrstufen im Lok-Dekoder Systembelastung===
===Aantal snelheidsniveau in de locomotief decoder Systeembelasting===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Dit voorbeeld is gelijkelijk van toepassing op alle 3 de beschouwde systemen en bekijkt het probleem alleen kwalitatief.
Dieses Beispiel gilt gleichermaßen für alle 3 betrachteten Systeme und betrachtet die Problematik nur qualitativ.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Taak:
* Aufgabe:
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Een locomotief moet worden afgeremd van de rijsnelheid Vg tot de kruipsnelheid Vk binnen een rembereik van bijvoorbeeld L = 30 cm, zodat de locomotief onmiddellijk kan stoppen wanneer hij het stoppunt bereikt.
Es soll eine Lok aus der Fahrgeschwindigkeit Vg innerhalb eines Bremsbereichs von z.B. L = 30 cm auf die Kriechgeschwindigkeit Vk abgebremst werden, so daß mit Erreichen des Haltebereichs die Lok sofort anhalten (stoppen) kann.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Gegeven:
* Gegeben:
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Locomotief A met 128 snelheidsniveaus Locomotief B met 31 snelheidsniveaus
Lok A mit 128 Fahrstufen
Computerbesturingsprogramma - TrainController (TC)  
Lok B mit  31 Fahrstufen
Centrale van het betreffende systeem,  
Computersteuerprogramm - TrainController (TC)
via een seriële interface aangesloten op de pc.
Zentrale des jeweiligen Systems, angeschlossen über eine serielle Schnittstelle an den PC
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Weergave voor locomotief A:
* Darstellung für Lok A:
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Nadat is vastgesteld dat het rembereik is bereikt, berekent TC aan de hand van Vg en de lengte L, de doelsnelheid Vk en het aantal rijstappen van de locomotief hoe vaak een rijstapverlaging naar de centrale moet worden gestuurd. Deze overweging resulteert ook in de optimale tijdsverdeling.
TC berechnet nach Erkennen des Erreichens des Bremsbereichs anhand von Vg und der Länge L sowie der Zielgeschwindigkeit Vk und der Anzahl der Lok-Fahrstufen, wie oft eine Fahrstufenreduzierung an die Zentrale zu senden ist. Aus dieser Betrachtung ergibt sich auch die optimale zeitliche Verteilung.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Laten we voor deze analyse aannemen dat er 100 snelheidsniveaus moeten worden geschakeld.
In dieser Betrachtung gehen wir mal von 100 zu schaltenden Fahrstufen aus.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
TC stuurt dus 100 berichten naar de centrale, die deze informatie "vertaalt" in het juiste dataformaat / protocol en stuurt ook minstens 100 berichten naar de locomotief decoder. Als de spoorverbinding slecht is, zijn het er meestal meer.
TC setzt also 100 Meldungen an die Zentrale ab und diese "übersetzt" diese Information in das entspechende Datenformat / Protokoll und schickt ebenfalls min. 100 Meldungen an den Lokdekoder.
Bei einer schlechten Gleisverbindung sind es in der Regel mehr.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Weergave voor locomotief B:
* Darstellung für Lok B:
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De eerste paragraaf over locomotief A is net zo goed van toepassing op locomotief B.
Der erste Absatz von Lok A trifft genau so für Lok B zu.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Laten we echter aannemen dat er 25 snelheidsniveas moeten worden geschakeld.
Allerdings gehen wir hier mal von 25 zu schaltenden Fahrstufen aus.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De derde paragraaf van locomotief A is ook van toepassing op locomotief B; er worden echter maar 25 berichten verzonden.
Der dritte Absatz von Lok A trifft auch wieder für Lok B zu; allerdings werden min. nur 25 Meldungen gesendet.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Resultaat van de "spel"
* Ergebnis der "Spielerrei"
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
-- en dit geldt voor zowel remmen als accelereren --
-- und das gilt sowohl für das Bremsen als auch Beschleunigen --
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Locomotief A heeft 4 keer meer commando-overdrachten nodig dan locomotief B.
Für Lok A werden 4 mal mehr Befehlsübertragungen benötigt als für Lok B.
Het systeem wordt daarom veel zwaarder belast. TC houdt echter rekening met deze belasting en vermindert het aantal snelheidsstappen dat naar locomotief A wordt gestuurd voor grote veranderingen. Met TC krijg je ongeveer vergelijkbaar gedrag bij scherpe veranderingen, maar bij lange remhellingen worden de fijne gradaties voor loc A gebruikt.
Das System ist also wesentlich stärker belastet. Allerdings berücksichtigt TC diese Belastung und reduziert für starke Änderungen die Zahl der gesendeten Fahrstufen an Lok A. Man erhält mit TC etwa vergleichbares Verhalten bei starken Änderungen, bei langen Bremsrampen werden hingegen die feinen Abstufungen für Lok A benutzt.
Of het menselijk oog een significant verschil kan detecteren in de "normale" werking van het systeem is iets dat iedereen zelf moet uitzoeken.
Ob das menschliche Auge im "normalen" Anlagen-Betriebsalltag einen wesentlichen Unterschied feststellen kann ??, daß muß jeder für sich herausfinden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Er kan echter worden aangenomen dat tijdsknelpunten als gevolg van het bovenstaande effect zeer merkbaar zijn als er veel treinbewegingen tegelijkertijd plaatsvinden.
Allerdings ist davon auszugehen, daß zeitliche Engpässe aufgrund des obigen Effekts sehr wohl bemerkbar sind, wenn viele Zugbewegungen zeitlcih parallel stattfinden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Beispiel_&gt;&gt;_Fahren_/_Multiprotokolle"></span>
===Beispiel >> Fahren / Multiprotokolle===
===Voorbeeld >> Rijden / Multiprotocollen===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Als er met verschillende protocollen wordt gereden, zoals al het geval is bij Märklin wanneer Motorola I / II en mfx (M4) worden gebruikt, dan moet de centrale zowel de het railsignaal als het protocol volledig wijzigen.
Wird mit unterschiedlichen Protokollen gefahren, das geschieht bei Märklin bereits, wenn Motorola I / II und mfx (M4) eingesetzt wird, dann muß die Zentrale jeweils komplett die Gleistakte ändern als auch das Protokoll.
Dit alles kost tijd. Dit is zeker geen probleem bij handmatige bediening van twee locomotieven, maar bij bijvoorbeeld TC en 15 locomotieven kan het dat wel zijn (waarbij de cijfers alleen bedoeld zijn om de verschillen te illustreren en geen absolute waarden weergeven).
Das alle kostet Zeit. Bei manuellem Betrieb von zwei Loks sicher kein Problem, jedoch mit z.B. TC und 15 Loks kann es zu welchen kommen (wobei die Zahlen nur die Unterschiede verdeutlichen sollen und keine absoluten Werte darstellen).
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Hetzelfde geldt als de locomotiefdecoder met meerdere protocollen kan worden gebruikt. Hij moet dan de juiste "voorselectie" maken. Dit kost ook tijd.
Entsprechendes gilt, wenn der Lok-Dekoder mit mehreren Protokollen betrieben werden kann. Dann muß der die entsprechende "Vorauswahl" treffen. Auch das kostet Zeit.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
In al deze gevallen -- zoals blijkt uit de vele vragen in het TC-forum -- kunnen problemen zich voordoen onder zeer uiteenlopende omstandigheden; ze hoeven zich echter niet noodzakelijkerwijs voor te doen.
In all diesen Fällen, kann es -- wie die vielen Anfragen im TC-Forum zeigen -- unter den unterschiedlichsten Randbedingungen zu Problemen kommen; sie müssen aber nicht auftreten und vor allem sich nicht immer in der .
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Naast de langere transmissietijd van het protocol heeft de werking met SX2 ook een eerder ongunstig tijdseffect door het locomotiefbeheer (locomotieven actief / passief instellen). Gebruikers van SX2-systemen moeten hier rekening mee houden.
Auch der Betrieb mit SX2 wirkt sich, neben der längeren Übertragungszeit des Protokolls, auch durch die Lok-Verwaltung (Loks aktiv / passiv setzen) zeitlich recht ungünstig aus.
Betreiber von SX2 Anlagen sollten dies entsprechend berücksichtigen.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Zusammenwirken_mit_dem_Software_Programm_TrainController_(TC)"></span>
===Zusammenwirken mit dem Software Programm  TrainController (TC)===
===Interactie met het TrainController (TC) softwareprogramma ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
TC kan werken met een groot aantal centrales, zoals de wereldwijde distributie laat zien, en de verscheidenheid aan instellingsopties betekent dat sommige tijdgerelateerde problemen ook kunnen worden "omzeild".
TC kann, so zeigt es auch die weltweite Verbreitung mit sehr vielen Zentralen zusammenarbeiten.
Mittels der Vielfalt der Einstellungsmöglichkeiten können auch einige zeitliche Probleme "umgangen" werden.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Hoe en wanneer SX2 zal worden geïmplementeerd door TC zal waarschijnlijk pas op zijn vroegst in de loop van volgend jaar duidelijk worden.
Wie und wann die Umsetzung von SX2 durch TC erfolgt wird sich wohl erst frühestens im Laufe des nächsten Jahres zeigen.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Als functies niet werken zoals verwacht, laat het TC Forum zien dat het knelpunt meestal te vinden is in de hardware en bij de systeemleveranciers.
Sollten Funktionen nicht so ablaufen wie erwartet, so zeigt sich aufgrund des TC Forums, daß in aller Regel der Engpaß in der Hardware und bei den System- Lieferanten zu suchen ist.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Quellen_für_weitergehende_Informationen"></span>
==Quellen für weitergehende Informationen==
==Bronnen voor meer informatie==
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
De onderstaande links zijn bedoeld om de lezer de gelegenheid te geven zich verder in dit onderwerp te verdiepen, in het bijzonder om "dieper in te gaan" op de verschillende technieken.
Die nachfolgend aufgelisteten Links sollen dem Leser die Möglichkeit geben weiter in diese Thematik einzuarbeiten.
Insbesondere tiefer in die verschiedenen Techniken "einzusteigen".
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
--Uitsluiting
--Ausschluß
   Aangezien noch ik als auteur van deze tekst noch de aanbieder van het
   Da weder ich als Autor dieses Textes noch der Bereitsteller der TC-Wiki-Plattform, es in der
  TC Wiki-platform enige controle hebben over de inhoud achter de
  Hand haben welche Inhalte jeweils hinter den Links stehen - bekanntlich ändern die sich über
  links - zoals bekend verandert deze in de loop der tijd - is de
   die Zeit -- ist der Leser / Nutzer selbst voll veranwortlich für die Nutzung der Links.
   lezer/gebruiker volledig verantwoordelijk voor het gebruik van de links.
   Schadensansprüche, gleich aus welchem Grunde und an wen, werden vom Leser / Nutzer mit Betätigen
   Claims voor schadevergoeding, ongeacht de reden en aan wie, worden automatisch
   der Links automatisch ausgeschlossen.
   uitgesloten door de lezer / gebruiker door te klikken op de links.
   Dem Richterspruch des OLG Hamburg folgend, distanziere ich mich (und auch der Betreiber dieser
   Volgens de uitspraak van het OLG Hamburg distantieer ik mij (en ook de
   Plattform) von den Inhalten der verlinkten Seiten, inkl. von Folgeseiten.
   exploitant van dit platform) van de inhoud van de gelinkte pagina's,
</div>
  inclusief de daaropvolgende pagina's.


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Gegevensformaten (Märklin - DDC - Selectrix - enz.)
* Datenformate (Märklin - DDC - Selectrix - u.a
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   http://www.digital-bahn.de/info_begriffe/protokoll.htm
http://www.digital-bahn.de/info_begriffe/protokoll.htm
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Multiprotocol - centrales / decoders
* Multiprotokoll - Zentralen / Dekoder
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   http://www.digital-bahn.de/info_kompo/zentrale_multi.htm
http://www.digital-bahn.de/info_kompo/zentrale_multi.htm
</div>
    
    


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* DCC
* DCC
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   http://www.opendcc.de/index.html
http://www.opendcc.de/index.html
   http://www.lokodex.de/mo/m_digital_dccprot01.htm
   http://www.lokodex.de/mo/m_digital_dccprot01.htm
   http://www.steinhartw.de
   http://www.steinhartw.de
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Märklin
* Märklin
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   http://de.wikipedia.org/wiki/M%C3%A4rklin_Systems
http://de.wikipedia.org/wiki/M%C3%A4rklin_Systems
   http://www.stayathome.ch
   http://www.stayathome.ch
   http://www.suter-meggen.ch/maerklin/digital/mfx_decoder/index.htm
   http://www.suter-meggen.ch/maerklin/digital/mfx_decoder/index.htm
   http://www.alice-dsl.net/mue473/index.htm
   http://www.alice-dsl.net/mue473/index.htm
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Selectrix
* Selectrix
</div>


   <div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
   http://www.steinhartw.de
http://www.steinhartw.de
   http://www.steinhartw.de/D&H%20Lokadressen/D&H%20Lokadressen%20Erfassung.htm
   http://www.steinhartw.de/D&H%20Lokadressen/D&H%20Lokadressen%20Erfassung.htm
   http://de.wikipedia.org/wiki/Selectrix
   http://de.wikipedia.org/wiki/Selectrix
Zeile 867: Zeile 538:
   http://doehler-haass.de/cms
   http://doehler-haass.de/cms
   http://doehler-haass.de/cms/media/pdf/FCC_Interface_Doku.pdf
   http://doehler-haass.de/cms/media/pdf/FCC_Interface_Doku.pdf
         (aus diesem Dokument läßt sich auch das Gleisprotokoll herleiten !!!)
         (Het protocol op de rails kan ook worden afgeleid uit dit document !!!)
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
* Meer specifieke informatie over de afzonderlijke producten is te vinden op de  
* weitere spezielle Informationen zu den einzelnen Produkten findet der Leser auf der jeweiligen
   respectieve homepages van de fabrikanten/distributeurs:
   HomePage der Hersteller / Distributoren:
   Om redenen van neutraliteit worden hier geen links gegeven.
   Aus Gründen der Neutralität werden hier keine Links bereit gestellt.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
<span id="Fazit"></span>
=== Fazit ===
=== Conclusie ===
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
Ik hoop dat deze vergelijking degenen die overstappen van ANALOG naar DIGITAL wat basishulp geeft bij het kiezen van "UW digitale systeem" en alle andere lezers wat suggesties voor het ontwerpen van hun modelspoorbaan.  
Ich hoffe, daß diese Gegenüberstellung den Umsteigern von ANALOG auf DIGITAL eine grundsätzliche Hilfe zur Entscheidung für "IHR Digital System" gibt und allen anderen Lesern einige Anregungen zur Gestaltung ihrer Modellbahnanlage.
Bovendien kan deze informatie ook helpen bij het vinden van een oplossing in geval van problemen.
Ferner mögen diese Hinweise auch im Falle von Problemen eine Hilfestellung zur Lösungsfindung geben.
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
== Weblinks ==
== Weblinks ==
</div>


<div lang="de" dir="ltr" class="mw-content-ltr">
*TC-wiki: [[Special:MyLanguage/Vergleichstabelle Digitalzentralen|Vergelijkingstabel digitale centrales]]
*TC-wiki: [[Special:MyLanguage/Vergleichstabelle Digitalzentralen|Vergleichstabelle Digitalzentralen]]
</div>





Aktuelle Version vom 29. November 2025, 14:01 Uhr

Verwendung
thumbs


Digitale systemen voor modelspoorwegen ... een vergelijking; maar geen vergelijkingen en waarderingen

Digitale systemen ... een vergelijking

Het juiste digitale systeem?

Uit de vele vragen en bijdragen van het forum: Railroad & Co, Freiwald Software (Egmating) heb ik geleerd dat veel modelspoorders die nieuw zijn in het digitale tijdperk of een ombouw / uitbreiding plannen, onzeker zijn over welk digitaal systeem en welke componenten "de juiste" zijn.

Verder heb ik de indruk gekregen dat er in bepaalde bedrijfssituaties problemen ontstaan die alleen zinvol kunnen worden opgelost door rekening te houden met de kennis van het/de digitale systeem/systemen.

Dit alles deed me denken aan mijn eigen tijd toen ik overstapte van het analoge systeem naar digitaal.

Deze vergelijking is bedoeld als aanvulling op de zuivere technische gegevens en feiten zoals gedefinieerd door de fabrikanten in hun gegevensbladen of in de normen.

Ik benadruk nadrukkelijk dat dit artikel niet bedoeld is als een vergelijking van "voor en tegen", noch is het bedoeld om welk systeem dan ook te waarderen.

De lezer moet deze informatie ter harte nemen en hopelijk met succes opnemen in zijn oplossingsproces.

Overwogen digitale systemen

Er zijn een aantal digitale systemen op de markt, maar ik zal alleen kijken naar de systemen die het meest vertegenwoordigd zijn op het bovengenoemde forum; deze omvatten ...

  • DCC
  • Märklin met zijn varianten
  • Selectrix (SX)

Dit verslag gaat over de status van de systemen zoals ze (in mijn geval) in augustus 2011 waren. Latere ontwikkelingen moeten later worden toegevoegd.

Digitale systemen - architecturen

Historisch overzicht

Voor zover ik weet en herinner, was Märklin de eerste onderneming die een "compleet" digitaal systeem voor modelspoorbanen op de markt bracht, dat bekend werd als "Motorola I".

De opvolgers Motorola II en mfx' volgden in de loop der jaren.

Märklin introduceerde zijn digitale systeem onder het marketingaspect: Twee draden zijn genoeg om de modelbaan te bedienen. Geen "draadwarboel" meer zoals bij analoge systemen.

Voor zover mogelijk werden de rails gebruikt als draden, ze vormen de verbinding tussen de commandopost en de respectievelijke decoders (centrale >> locomotief-/schakeldecoder). Voor de terugmelding (bezetmelding), die later werd toegevoegd met de pc-aansluiting, werd een extra aparte communicatielijn geïntroduceerd, de "s88-bus" (terugmelddecoder >> centrale).

De technische details van het Märklin systeem werden nooit officieel bekendgemaakt. Technisch geïnteresseerde gebruikers bepaalden de protocollen voor "Motorola I / II en mfx" "achterstevoren" (reverse-engineering) en konden zo zelfgebouwde producten realiseren.

-- Het bedrijf ESU uit Ulm, dat waarschijnlijk een beslissende rol heeft gespeeld in de ontwikkeling van "mfx", verkoopt een product met het "ECOS" controlecentrum, dat ook het "mfx" protocol kan uitvoeren; om redenen van bescherming wordt dit echter het "M4" protocol genoemd.

Onder deze randvoorwaarden kunnen de Märklin-systemen worden gecategoriseerd als "gesloten systemen".

Vanwege deze "compartimentering" ontwikkelde de accessoires-industrie (Lenz), waarschijnlijk in samenwerking met andere modelspoorfabrikanten", het digitale systeem "DCC", dat werd gestandaardiseerd en waarin alle technische gegevens "open" zijn en gratis kunnen worden ingezien.

Het bedrijf Trix, toen nog juridisch onafhankelijk, ontwikkelde samen met industriële ondersteuning het digitale systeem "Selectrix". Dit systeem is ook gestandaardiseerd en alle informatie / gegevens zijn openlijk beschikbaar. Ondertussen is het systeem verder ontwikkeld wat betreft extra locomotiefadressen / functies. Dit nieuwe Selectrix systeem is "upwardly compatible" met zijn voorganger en wordt aangeduid als Selectrix "SX II" (SX2). Het "originele" Selectrix systeem wordt in het volgende aangeduid als Selectrix (SX). Tegenwoordig wordt "SX I" (SX1) ook gebruikt in sommige literatuur om onderscheid te maken tussen de twee.

DCC en Selectrix kunnen worden omschreven als "open systemen" omdat - zoals al eerder vermeld - alle systeemgegevens openbaar worden gemaakt.

Specifieke ontwikkelingsachtergronden

Märklin met zijn systemen en DCC werden ontwikkeld met het oog op de "speelgoedindustrie", wat betekent dat alle vroegere knoppen, schakelaars en transformatorfuncties in een centrale moesten worden geïntegreerd. De randapparatuur, d.w.z. de decoders, moesten zo eenvoudig en dus zo goedkoop mogelijk zijn.

De verbinding met een pc werd eigenlijk pas later toegevoegd en was niet de focus van de eerste ontwikkelingen.

Deze twee systemen kunnen daarom worden gedefinieerd als "gecentraliseerde systemen".

Tijdens de ontwikkeling van Selectrix werd voor een compleet andere aanpak gekozen, waarschijnlijk vanwege de industriële ervaring met gedistribueerde systemen. In het Selectrix netwerk zouden de perifere componenten ook zoveel mogelijk "intelligentie" moeten hebben om een "gedistribueerd systeem" te kunnen bouwen. Deze aanpak vereiste ook een compleet ander communicatiesysteem (bussysteem). Met Selectrix kan elke busdeelnemer gegevens / informatie met elkaar uitwisselen; de enige beperking is hier met de locomotiefdecoders (tijdens het rijden).

Dit is niet mogelijk met de twee eerder genoemde systemen, waar er slechts één richting is van de commandopost naar de decoders (randapparatuur); (met uitzondering van de RailCom methode die momenteel op de markt komt met DCC > zie hieronder; evenals "mfx" hier is er een tegenovergestelde richting locomotief decoder > centrale). Met deze twee functies is de tegenovergestelde richting van communicatie echter alleen beperkt tot de locomotief decoder en is niet algemeen geldig zoals bij Selectrix (>> een groot en significant technisch systeemverschil).

Selectrix valt daarom in de categorie "gedecentraliseerde of gedistribueerde systemen".

En hun effecten

Uiteindelijk is het, rekening houdend met het bovenstaande, niet verwonderlijk dat zich compleet verschillende communicatiestructuren ontwikkelden, zowel aan de hardwarekant als aan de softwarekant in de vorm van protocollen.

Terwijl Selectrix het doet met één bussysteem en één protocoltype voor rijden, schakelen en seinen, vereisen DCC en Märklin elk twee bussystemen en protocoltypes; één voor rijden en schakelen en één voor seinen. SX2 vereist een tweede protocoltype voor communicatie met de locomotief decoder.

Als er handregelaars zijn of moeten worden geïntegreerd om de modelbaan te besturen, is er meestal een derde bus- en protocolsysteem nodig voor Märklin of DCC; Selectrix heeft daarentegen geen extra bussysteem nodig. Bij SX2 kunnen er vanwege de verschillende realisaties door de afzonderlijke fabrikanten ook extra interfaces en/of apparaten op de markt komen in de controlecentra, zodat de handregelaars / bedieningsingangen ook het SX2-protocol kunnen bedienen.

Opmerking: Een Selectrix handcontroller heeft slechts toegang tot één van de SX-bussen van het systeem tegelijk. Als andere SX-bussen moeten worden bediend, moet de handcontroller opnieuw worden aangesloten of omgeschakeld met een elektronische schakelaar.

Verschillende, openbaar gemaakte bussystemen / protocollen

DCC

 Dit protocol (zonder RailCom) is zo ontworpen dat men kan spreken van een "standaard deel" en 
 een "open deel (uitbreidingen)". Deze gekozen structuur maakt het voor de individuele fabrikanten relatief eenvoudig om specifieke 
 productuitbreidingen aan het systeem toe te voegen. 
 Dit resulteert in protocollen van verschillende lengtes en dus transmissietijden van verschillende lengtes.

Selectrix

 Het Selectrix (SX1) protocol, dat bestaat uit een "adresbyte" en een "functiebyte", heeft een star, vast kader. 
 Daarom is elke zendtijd hetzelfde en kan hieruit worden afgeleid hoe vaak elke busdeelnemer 
 binnen een gedefinieerde tijdsperiode wordt aangesproken binnen een bus.
 De flexibiliteit van dit bussysteem ligt in het feit dat het busprotocol (individuele bits) zelf niet wordt toegewezen aan een decoderfunctie.
 De functie van de individuele bit volgt uit de logische toewijzing ervan aan de / decoderfunctie / functies.
 Dit betekent dat hetzelfde bit kan worden geïnterpreteerd als schakeluitgang "S" voor de ene decoder en ingesteld als detectoringang "M" 
 voor de andere > de centrale evalueert dit dan.
 Ook hier kan hetzelfde bit deel uitmaken van een bitcombinatie die een specifiek bericht verzendt, bijv. snelheidsniveau, enz.
 Met de introductie van SX2 wordt een tweede protocol voor het aansturen van (momenteel alleen) de locomotief decoders toegevoegd.
 Het doel van SX2 is om het adres- en functiegebied uit te breiden (extra functies).  
 Aangezien de nieuwe locomotief decoders van Doehler & Haas, Munchen zo kunnen worden geprogrammeerd (geconfigureerd) om te werken als 
 Selectrix (1 / 2), DCC, Märklin - decoders,
 is er een preambule nodig die de decoder vóór elk nieuw protocol informeert voor welke bedrijfsmodus en dus voor 
 welk "locomotief decodertype" de volgende informatie bedoeld is.  
 De preambule wordt dan gevolgd door nog eens 5 bytes die het adres en alle functies bevatten.
 Deze langere verzendtijd vergeleken met SX1 betekent dat de vorige tijden voor een "refresh" niet langer geldig zijn.
 Een andere uitdaging is dat niet alle theoretisch mogelijke adressen van locomotieven voortdurend kunnen worden bijgewerkt.
 Het wordt duidelijk dat elke fabrikant van een centrale zijn eigen weg gaat in het realiseren hiervan. 
 Dit betekent ook een verschillend aantal gelijktijdig bestuurbare locomotieven op een modelbaan.
 De oude "SX1 locomotieven" (met hun oude adressen) kunnen samen met 
 nieuwe "SX2 locomotieven" op een systeem worden ingezet.
 In 2011 geeft één fabrikant aan dat er maximaal 16 SX2 locomotieven kunnen worden 
 ingezet naast de 103 SX1 locomotieven. 
 Een andere fabrikant staat de gelijktijdige inzet van 32 SX2 locomotieven toe.
 Weer een ander gebruikt een volledig aangepast railsignaal gebaseerd op SX op het spoor en 
 maakt gemengd bedrijf van SX1 en SX 2 locomotieven mogelijk, waarbij het maximum aantal locomotieven nog steeds 103 is.
 Een andere benadering is dat alleen de eenheden / tientallen / honderdtallen uit het getal van 4 cijfers worden gehaald.
 Dit betekent dat de locomotieven nog steeds kunnen worden gebruikt in SX1 mode, d.w.z. 103 locomotieven kunnen parallel worden gebruikt.
 Het valt nog te bezien welke varianten op de markt zullen worden geaccepteerd.
 Dit geldt voor de zogenaamde SX0-bus van een centrale. Tot nu toe werden de SX0 en SX1 bus 
 van een centrale altijd bediend met dezelfde snelheid en hetzelfde protocol. 
 Afhankelijk van de bovenstaande oplossing van de fabrikant zal dit in de toekomst waarschijnlijk niet meer het geval zijn.
 De gebruiker moet daarom ook nadenken over de aansluiting / functie van 
 alle andere decoders / handmatige besturingsapparaten, enz. op de andere SX-bussen 
 VOORDAT hij SX2 gebruikt en navraag doen bij de leveranciers.

Märklin

 Aangezien er geen officiële gegevens / technische informatie over de Märklin protocollen beschikbaar zijn, 
 neem ik dit systeem hier niet op in de protocolbeschouwingen. 
 Lezers kunnen mogelijk meer informatie krijgen via de gegeven links.

Systeem- en communicatiestructuren

Gecentraliseerde systemen

Rijden en schakelen

In deze (hier beschouwde) systemen zijn zowel de locomotiefdecoders als alle andere decoders voor het schakelen (displays) verbonden met de centrale via een 2-draads verbinding (bus) -- bijv. rail / spoor of draden / kabels.

Alle instellingscommando's van de centrale worden in gecodeerde vorm via deze bus verzonden.

De respectievelijke spanning en de digitale codering verschillen sterk tussen de twee systemen DCC en Märklin. Er zijn zelfs grote verschillen tussen Motorola I / II en mfx (M4).

Meer technische informatie over de bussen en hun protocollen is te vinden via de links (hieronder).

Aangezien de mij bekende decoders voor schakelen/weergeven op de markt een relatief eenvoudige structuur hebben, moet een commando worden gegeven om een uitgang te schakelen > uitgang "aan" en na een tijd t het commando > uitgang "uit". De tijd t wordt bepaald in de centrale. Dit betekent dat elke schakeling van een magnetisch artikel 2 busoverdrachten vereist plus tijdverwerking in de centrale.

Terugmelden

Deze functie werd pas noodzakelijk met de uitbreiding van de "PC-besturing", die in feite het "oog" is van het modelspoorbesturingsprogramma, in dit geval TrainController (TC).

Het principe van terugmelding is de detectie van een stroom die wordt geactiveerd door een voertuig dat zich in een bewakingsgebied (spoorsectie) bevindt.

DCC

  Bij DCC is de bezetmelding/herkenning gebaseerd op de zogenaamde "stroommeting".
  Hier wordt de volledige stroom van een sectie omgeleid via een bezetmelder (decoder).
  Als er stroom vloeit omdat een belasting (locomotief of wagon met verlichting of
  "weerstandsassen") zich op de spoorsectie bevindt, wordt dit herkend en via een
  eigen terugmeldbus met een eigen protocol naar s=de centrale.
  Opmerking:
  De "weerstandsassen" zijn parallel geschakelde weerstanden waarvan de totale weerstand
  aanzienlijk verminderd, wat leidt tot een hogere stroom.   
  Hiermee moet rekening worden gehouden bij het ontwerpen van de weerstandsassen / het configureren 
  van het systeem of de gevoeligheid van de bezetmelders.

Märklin

  Bij Märklin is de bezetmelding/detectie gebaseerd op het "massacontact". 
  Deze historische term is gebleven, hoewel je in een digitaal systeem niet meer van "massa" kunt spreken.
  De middenrail is verbonden met één uitgang van de centrale of booster, de andere met één van de twee buitenste rails.
  Als er een Märklin (of 3-railvoertuig) op de baan staat, verbinden de elektrisch geleidende assen 
  het spoor (de rail) dat verbonden is met de centrale / booster met het andere spoor 
  (terugmeldrail). Deze rail is verbonden met een decoderingang.
  Dit betekent dat dezelfde potentiaal aanwezig is op de ingang van de detector als op de centrale/booster.
  Er loopt nu een kleine stroom (mA) via een weerstand met hoge impedantie in de terugmelddecoder,
  omdat de terugmelddecoder een aansluiting moet hebben waarop het middengeleiderpotentiaal van de spoorsectie zich bevindt; 
  er moet dus een verbinding zijn met de centrale of booster.
  Uiteindelijk wordt hier ook een stroom gedetecteerd; in tegenstelling tot DCC is deze echter kleiner.  

De twee verschillende benaderingen hebben ook geleid tot verschillende decodertypes op de markt, die elk via verschillende bussystemen verbonden zijn met de centrale.

Terwijl bij Märklin de "S88"-bus moet worden gebruikt, hangt het bij DCC af van wat de betreffende centrale als terugmeldbus levert.

Identificatie van locomotief-/voertuigadressen

DCC

 Met het gestandaardiseerde RailCom-systeemonderdeel brengt de DCC-gemeenschap momenteel een 
 feedbacksysteem op de markt, dat niet alleen het decoderadres van de locomotief doorgeeft, 
 maar ook nog uitgebreidere 
 andere informatie biedt, zoals het snel programmeren van locomotieven overal op de modelbaan, 
 detectie van vervuilde sporen en informatie over gekoppelde wagons (toekomst).
 Onder OpenDCC vindt de lezer een uitgebreide verhandeling hierover.
 In principe is de oplossing gebaseerd op de volgende procedure:
 De baanspanning wordt momenteel met regelmatige, zeer korte tussenpozen geschakeld, zodat 
 een "blokspanning" wordt gecreëerd. Er wordt een korte vertraging ingevoegd in dit omschakelmoment,
 Dit schakelt de baan korte tijd uit door de centrale / booster > spanningsloos.
 Een locomotiefdecoder kan nu binnen deze tijdspanne een bericht verzenden via de rails,
 dat vervolgens moet worden geregistreerd en geanalyseerd door de centrale.
 De locomotiefdecoder gebruikt een kleine condensator
 op de decoder als energiebron voor de transmissie.
 Opmerking:
 Als de baanspanning na de korte vertraging weer wordt toegepast, laadt de condensator weer op.
 De condensatoren van alle locomotieven op de modelbaan zijn elektrisch parallel geschakeld,
 zodat er een aanzienlijke laadstroom kan ontstaan aan het einde van de terugmelding. 
 Hiermee moet rekening worden gehouden bij het ontwerp van de booster.
 De tijdslots voor Railcom worden gehaald uit de bestaande synchronisatiebits, de snelheid van de 
 gegevensoverdracht naar de locomotief blijft ongewijzigd. 
 Omdat de locomotief de ontvangst van een bericht met Railcom bevestigt, kan de centrale 
 de profylactische herhaling achterwege laten en zo een hogere verwerkingscapaciteit 
 bereiken en nauwkeuriger stoppen mogelijk maken.

Märklin

 Märklin heeft met mfx (M4) een terugmeldsysteem geïntroduceerd. Dit heeft echter 
 een heel andere functie dan het systeem dat onder DCC werd geïntroduceerd en het systeem dat nog
 onder Selectrix moet worden geïntroduceerd.
 Bij Märklin worden de locomotieven bij het op de rails plaatsen automatisch
 aangemeld bij de centrale met het adres van hun locomotiefdecoder. 
 De centrale kent een "modelspoorlocomotiefadres" toe aan dit locomotiefdecoderadres.
 Er is dus geen identificatie plaats via de locatie van het voertuig (de locomotief) op het systeem.

Gedecentraliseerde systemen

In dit artikel wordt alleen het Selectrix-systeem besproken.

In principe is de baan via twee lijnen verbonden met de centrale of een booster. Net als bij de andere twee systemen worden deze lijnen gebruikt om de locomotiefdecoder en de locomotiefmotor van stroom te voorzien en data via de bus door te geven. Net als bij DCC wordt de polariteit ook in zeer korte tijdspannes omgeschakeld om een "blokspanning" te genereren. Het protocol is echter anders dan bij DCC en Märklin.

Boosters zijn verbonden met het controlecentrum via de zogenaamde PX-bus. Via deze bus wordt het zendsignaal van de centrale naar de boosters gestuurd. De boosters passen het dan toe op de baanspanning binnen hun voedingsbereik.

Rijden, schakelen en terugmelden

Vanuit het gezichtspunt van de centrale maakt het spoor deel uit van de SX 0 bus. En een locomotiefdecoder (rijden) kan alleen worden aangesloten op een SX 0-bus!!

Alle andere SX decoders (schakelen, terugmelden) kunnen worden aangesloten op de centrale via een van de twee SX 0 of SX 1 bussen. Beide bussen hebben een volledig identieke structuur --- bij gebruik van SX1; bij SX2 kunnen er verschillen zijn afhankelijk van de oplossing van de fabrikant (zie hierboven !!).

De logische circuits van de decoders worden ook via deze bussen gevoed !!!, terwijl spanningen voor het schakelen enz. apart aan de decoder moeten worden geleverd.

In tegenstelling tot DCC en Märklin is er een groot verschil bij het schakelen. Als er bijvoorbeeld een wissel geschakeld moet worden met SX, stuurt de centrale alleen een bericht naar de decoder met de inhoud > wissel schakelen en de wisselstand. De decoder neemt het inschakelen van het magneetartikel (spoel) over en observeert de inschakelduur (stroomduur) en schakelt het magneetartikel vervolgens weer uit. Vanuit het oogpunt van de centrale is dit een vermindering van 50% busbelasting per schakelhandeling en een aanzienlijke vermindering van de tijdsduur (inschakelduur van het magneetartikel).

Het principe van terugmelden is hetzelfde als bij DCC, namelijk een meting van de totale stroom in het terugmeldtraject. In dit geval is de terugmelddecode aangesloten op een van de SX-bussen en verbonden met de centrale.

Echter, als Märklinisten - zoals ikzelf - SX willen gebruiken, dan is de "Märklin variant" ook voor hen beschikbaar vanwege de 3-draads rails. Zoals te zien is onder Märklin, kan er een verbinding worden gemaakt van de "terugmeldrail" naar de SX terugmeld ingang. De gebruiker moet echter zelf een weerstand van bijvoorbeeld 10 k Ohm in deze aansluiting steken. Een "massacontact"-melding werkt dan zoals hierboven beschreven.

Configuratie notitie voor SX bezetmelder

 Houd rekening met het volgende bij het configureren van bezetmelders van de SX
 (verbinding met de SX-bus van een centrale):
 Bezetmelders ZONDER opto-couplers die het spoorpotentiaal scheiden van het potentiaal 
 van de bezetmelder, moeten' worden aangesloten op de centrale 
 waarop ook de spoorvoeding is aangesloten.
 Bezetmelders MIT opto-couplers kunnen ook worden aangesloten op de SX-bussen van de 
 andere centrales.
 Der TC-Forumsbeitrag : 

http://www.freiwald.com/forum/viewtopic.php?f=8&t=14071&hilit=sx+optokoppler+besetztmelder
 geeft een picturale voorstelling van de "elektrische uitleg".
 Voor gedetailleerde vragen kunt u per e-mail contact opnemen met de auteur.

Selectrix II --- en de nieuwe locomotief adressering

Met de introductie van SX II is de eerdere "tekortkoming" van "slechts 100 locomotiefadressen" opgeheven. Er kunnen nu ongeveer 10.000 adressen worden toegewezen aan locomotiefdecoders; meer dan genoeg. Bovendien zijn er extra uitgangen op de locomotiefdecoder voor het schakelen van locomotieffuncties.

Maar hoe kan het oude principe van ongeveer gelijke cycli worden gehandhaafd in decodercommunicatie??

Strikt genomen helemaal niet, omdat de protocoloverdracht aanzienlijk langer duurt dan met SX1. In tegenstelling tot SX1 specificeert de systeemaanpak bovendien niet langer een vast aantal locomotiefadressen, maar worden deze gedefinieerd door de fabrikant van een centrale -- 10.000 is waarschijnlijk een illusie en zelfs 100, zoals bij SX1, ligt ver buiten het bekende "verversingskader".

Na wat onderzoek kwam ik tot de conclusie dat met SX2 alleen het railsignaal als zodanig "gestandaardiseerd" is, maar dat de daadwerkelijke realisatie van SX2, voor zover het de gebruiker interesseert, wordt overgelaten aan de individuele fabrikanten van de centrales.

Als gevolg daarvan bepalen deze ook hoeveel locomotieven tegelijkertijd actief mogen zijn op het systeem onder SX2. Deze bepaling van het maximum aantal resulteert dan in een maximum tijdsbestek voor het SX2 verversingsgedeelte. De hele verversingscyclus bestaat dan, voor zover ik weet, uit het eerder bekende SX1 verversingsgedeelte en het respectievelijke nieuwe SX2 verversingsgedeelte.

Hierbij moet worden opgemerkt dat het verversingsaandeel van SX2 in de loop van de tijd fluctueert binnen het minimum/maximum aantal "actieve" SX2-locomotieven, d.w.z. het is afhankelijk van de belasting.

Hieruit kan echter meteen worden afgeleid dat er een strategie nodig is waarbij locomotieven als "actief" of "passief" worden geclassificeerd en waarbij in elk geval een flexibele hergroepering plaatsvindt. Bovendien moet in elk geval worden gedefinieerd hoe de "passieve" status op de modelbaan merkbaar is voor de gebruiker.

Het maximum aantal "actieve" locomotieven heeft twee tegengestelde effecten. Als hun aantal laag is, dan is de hele verversingscyclus korter (meer herhalingen bijv. per sec of min), maar de frequentie van hergroeperen en dus de inspanning in de bediening of in de "wachttijd" neemt toe. Bij een hoger aantal is dit gedrag omgekeerd.

Een andere overweging is het hogere aantal bytes dat moet worden verzonden in vergelijking met SX1. Het hogere aantal resulteert meestal ook in een hogere foutmarge in de transmissie, wat snelle herhaling weer wenselijker maakt.

Een ander gevolg van deze "vrijheid" is dat de interface van de centrale <> PC van fabrikant tot fabrikant verschilt. Het valt nog te bezien hoe de afzonderlijke fabrikanten van besturingsprogramma's voor modelspoorwegen, zoals TC, hierop zullen reageren.

Voorbeeld

 Eén fabrikant is van plan om 12 SX2 locomotieven tegelijk te ondersteunen,
 terwijl een andere fabrikant al ondersteuning biedt voor 32 SX2 locomotieven.  
 In beide gevallen is de bovenstaande "passief" zo gedefinieerd dat snelheidsniveau 0 
 aanwezig moet zijn EN ALLE extra functies en ALLE locomotiefverlichting zijn uitgeschakeld.
 Dit betekent dat de gebruiker - handmatig of via de pc - deze constellatie tot stand moet brengen.
 Als de "gelijktijdigheidslimiet" wordt bereikt, betekent dit bijvoorbeeld dat een locomotief 
 op donker moet worden geschakeld terwijl hij in het station wacht, zodat een andere kan rijden.
 Zo'n aanpak lijkt onrealistisch, vooral als je zulke krachtige
 modelspoorbesturingsprogramma's als TC gebruikt.

Identificatie van locomotief-/voertuigadressen

Deze identificatiemethode is een beetje "lastig".

Net als bij DCC verandert het spoorpotentiaal op de rails ook bij SX. Dit resulteert in een klein spanningsverschil - terwijl dit bij DCC veel groter moet zijn!

In deze korte fase ontlaadt een kleine condensator op de locomotiefdecoder zich via de rails en de op de rail aangesloten detectoringang en vandaar naar de booster/centrale en terug naar de rails > locomotief.

De resulterende kleine stroom (ongeveer 1-2 mA voor SX I; ongeveer 5 mA voor SX II) wordt herkend en geëvalueerd door de detector.

Hoe werkt nu de toekenning aan het adres van de locomotiefdecoder?

De condensatorontlading vindt plaats tijdens het verzenden van informatie naar locomotief xyz. De "intelligente" SX-detector registreert (onthoudt) in elk geval het verzonden locomotiefadres. Als er nu onmiddellijk een condensatorontlading volgt in de waarnemingssectie (signalering), kan hij het adres van de locomotief toewijzen aan deze sectie, wat bijvoorbeeld overeenkomt met een blok in TC (TrainController).

Tip: Als SX-identificatie wordt gebruikt, moeten alle lampen / LED's in de locomotief en wagon aan één kant worden aangesloten via een snel schakelende siliciumdiode volgens de SX-specificatie. Deze diode voorkomt "kruisstromen" die zouden optreden tijdens de ontlading van de condensator en dan zou er geen zuivere detectie kunnen plaatsvinden. Als Märklinisten SX en de bijbehorende detectoren gebruiken (zie hierboven), dan moet er ook een diode in serie met de weerstand worden aangesloten om zulke redenen.

Ook hier worden de locomotief EN de locatie herkend bij het op de rails plaatsen. Een vergelijking met DCC laat zien dat het DCC terugmeldsysteem veel geavanceerder is dan dat van SX.

LET OP: Bovenstaande geldt momenteel alleen voor SX1 locomotieven; locomotieven met de nieuwe "multi-protocol decoders" blijken dit nog niet te ondersteunen. Hetzelfde geldt ook voor de zogenaamde "intelligente" bezetmelders.

ALGEMEEN: De moderne PC modelspoorbesturingsprogramma's van tegenwoordig, zoals TC, hebben een dergelijke identificatie niet nodig voor het lopende bedrijf van de modelbaan. Dergelijke systemen kunnen echter nuttig zijn als treinbewegingen handmatig - zonder PC-programma - moeten worden uitgevoerd in gebieden die moeilijk te zien zijn (bijv. schaduwstations).

Multi-protocol centrales en decoders

Er komen steeds meer multiprotocol decoders en centrales op de markt, in de eerste plaats als marketinginstrument voor fabrikanten, maar ook als instrument in de "verdelings slag" van marktaandelen.

In zeer weinig gevallen zullen particuliere modelspoorders (afgezien van clubs) een groot aantal en verscheidenheid aan modelspoorbanen (locomotieven) bezitten. Zelfs als dit hier en daar het geval zou zijn, zou een decoderombouw ook een goed alternatief zijn voor een "multiprotocol modelbaan".

Werken met meerdere systemen (protocollen) op één systeem is niet onproblematisch en vereist altijd "meervoudige kennis" van de gebruiker bij het instellen, bedienen en onderhouden van zijn systeem.

Vanuit technisch oogpunt moet worden opgemerkt dat er altijd tijdvertragingen zijn bij het "omschakelen" van de protocollen -- vergeleken met een enkel protocol systeem. De omschakeling in de spoorvoeding (klok, codering) moet worden uitgevoerd of herkend door de centrale/decoder. In "gecentraliseerde systemen" hebben niet alleen de locomotiefdecoders last van dergelijke timingproblemen, maar ook ALLE schakeldecoders die op de bus (centrale) zijn aangesloten.

Hoewel de individuele tijden slechts in het µs / ms bereik liggen, kunnen ze bij elkaar optellen. De mix van locomotieven en hun huidige gebruik is hier ook een belangrijke factor.

Opmerking: De locomotiefdecoders die Doehler & Haas momenteel aanbiedt, worden bij de eerste ingebruikname ingesteld op een van de mogelijke baanformaten (DCC, Märklin, Selectrix (1/2), afhankelijk van de gebruikte centrale. Ze werken dan uitsluitend in deze bedrijfsmodus op de modelbaan.

Gebruik op modelspoorbanen

Laboratorium v.s. baan

Het lijdt geen twijfel dat deze multiprotocolsystemen perfect werken in de laboratoria van de individuele fabrikanten.

Op de verschillende banen, vooral op middelgrote en in combinatie met besturingsprogramma's voor pc's zoals TC, kunnen er tijdgerelateerde problemen optreden bij het verwerken van de besturingscommando's/detectoropvragingen.

Dit is met name het geval wanneer gecentraliseerde systemen zoals DCC en Märklin met totaal verschillende signale/busprotocollen samen worden gebruikt als een multiprotocolsysteem.

Voorbeeld schakelen

Taak: Het schakelen van een wissel vanuit TC.

Oplossing: Märklin / DCC

TC stuurt een bericht via de PC <> centrale om wissel x naar positie r te schakelen.

De centrale moet deze boodschap opnemen en opsplitsen in drie acties ..

  1. Bericht naar bijbehorende wisseldecoder sturen met de inhoud Uitgang (= wissel x) inschakelen (stroom > spoel magneetartikel)
  2. Stel een tijd in voor de inschakeltijd van de spoel en vraag wanneer deze is verstreken
  3. Bericht verzenden naar bijbehorende wisseldecoder met de inhoud om uitgang (= wissel x) uit te schakelen (geen stroom > spoel van magneetartikel)

TC mag gedurende deze periode GEEN verdere bijv. schakelcommando's naar de centrale sturen. Dit betekent dat een overeenkomstige "wachttijd" moet worden ingevoerd in TC, die langer moet zijn dan de periode die is ingesteld onder 2) plus reserve.

Deze reserve is in de praktijk nodig, omdat kan worden aangenomen dat een bustransmissie moet worden herhaald vanwege fouten.

Er kunnen ook andere activiteiten "ertussen komen".

Oplossing: Selectrix - TC stuurt een bericht via de PC <> centrale bus om wissel x naar stand r te schakelen.

De centrale moet dit bericht opnemen en afbreken in een actie ...

  1. Bericht naar bijbehorende wisseldecoder sturen met de inhoud om uitgang (= wissel x) naar positie r te schakelen.

De SX wisseldecoder ontvangt dit bericht en splitst het op in de acties ....

  1. Uitgang inschakelen (= schakelaar x) (stroom > magneetspoel)
  2. Tijd instellen voor duur van inschakelen spoel en vragen wanneer deze is verstreken
  3. Uitgang uitschakelen (= schakelaar x) (geen stroom > magneetspoel)

TC mag geen wissels meer sturen zolang de centrale bezet is. Vergeleken met de vorige systeemaanpak is deze opdracht echter veel korter.

Dit betekent dat er slechts een zeer korte "wachttijd" is in TC. TC kan daarom acties (bijv. schakelpunten) in een veel hoger tempo uitvoeren, omdat het gebruik van zowel de centrale als de systeembussen per actie veel lager is.

Aantal snelheidsniveau in de locomotief decoder Systeembelasting

Dit voorbeeld is gelijkelijk van toepassing op alle 3 de beschouwde systemen en bekijkt het probleem alleen kwalitatief.

  • Taak:

Een locomotief moet worden afgeremd van de rijsnelheid Vg tot de kruipsnelheid Vk binnen een rembereik van bijvoorbeeld L = 30 cm, zodat de locomotief onmiddellijk kan stoppen wanneer hij het stoppunt bereikt.

  • Gegeven:

Locomotief A met 128 snelheidsniveaus Locomotief B met 31 snelheidsniveaus Computerbesturingsprogramma - TrainController (TC) Centrale van het betreffende systeem, via een seriële interface aangesloten op de pc.

  • Weergave voor locomotief A:

Nadat is vastgesteld dat het rembereik is bereikt, berekent TC aan de hand van Vg en de lengte L, de doelsnelheid Vk en het aantal rijstappen van de locomotief hoe vaak een rijstapverlaging naar de centrale moet worden gestuurd. Deze overweging resulteert ook in de optimale tijdsverdeling.

Laten we voor deze analyse aannemen dat er 100 snelheidsniveaus moeten worden geschakeld.

TC stuurt dus 100 berichten naar de centrale, die deze informatie "vertaalt" in het juiste dataformaat / protocol en stuurt ook minstens 100 berichten naar de locomotief decoder. Als de spoorverbinding slecht is, zijn het er meestal meer.

  • Weergave voor locomotief B:

De eerste paragraaf over locomotief A is net zo goed van toepassing op locomotief B.

Laten we echter aannemen dat er 25 snelheidsniveas moeten worden geschakeld.

De derde paragraaf van locomotief A is ook van toepassing op locomotief B; er worden echter maar 25 berichten verzonden.

  • Resultaat van de "spel"

-- en dit geldt voor zowel remmen als accelereren --

Locomotief A heeft 4 keer meer commando-overdrachten nodig dan locomotief B. Het systeem wordt daarom veel zwaarder belast. TC houdt echter rekening met deze belasting en vermindert het aantal snelheidsstappen dat naar locomotief A wordt gestuurd voor grote veranderingen. Met TC krijg je ongeveer vergelijkbaar gedrag bij scherpe veranderingen, maar bij lange remhellingen worden de fijne gradaties voor loc A gebruikt. Of het menselijk oog een significant verschil kan detecteren in de "normale" werking van het systeem is iets dat iedereen zelf moet uitzoeken.

Er kan echter worden aangenomen dat tijdsknelpunten als gevolg van het bovenstaande effect zeer merkbaar zijn als er veel treinbewegingen tegelijkertijd plaatsvinden.

Voorbeeld >> Rijden / Multiprotocollen

Als er met verschillende protocollen wordt gereden, zoals al het geval is bij Märklin wanneer Motorola I / II en mfx (M4) worden gebruikt, dan moet de centrale zowel de het railsignaal als het protocol volledig wijzigen. Dit alles kost tijd. Dit is zeker geen probleem bij handmatige bediening van twee locomotieven, maar bij bijvoorbeeld TC en 15 locomotieven kan het dat wel zijn (waarbij de cijfers alleen bedoeld zijn om de verschillen te illustreren en geen absolute waarden weergeven).

Hetzelfde geldt als de locomotiefdecoder met meerdere protocollen kan worden gebruikt. Hij moet dan de juiste "voorselectie" maken. Dit kost ook tijd.

In al deze gevallen -- zoals blijkt uit de vele vragen in het TC-forum -- kunnen problemen zich voordoen onder zeer uiteenlopende omstandigheden; ze hoeven zich echter niet noodzakelijkerwijs voor te doen.

Naast de langere transmissietijd van het protocol heeft de werking met SX2 ook een eerder ongunstig tijdseffect door het locomotiefbeheer (locomotieven actief / passief instellen). Gebruikers van SX2-systemen moeten hier rekening mee houden.

Interactie met het TrainController (TC) softwareprogramma

TC kan werken met een groot aantal centrales, zoals de wereldwijde distributie laat zien, en de verscheidenheid aan instellingsopties betekent dat sommige tijdgerelateerde problemen ook kunnen worden "omzeild".

Hoe en wanneer SX2 zal worden geïmplementeerd door TC zal waarschijnlijk pas op zijn vroegst in de loop van volgend jaar duidelijk worden.

Als functies niet werken zoals verwacht, laat het TC Forum zien dat het knelpunt meestal te vinden is in de hardware en bij de systeemleveranciers.

Bronnen voor meer informatie

De onderstaande links zijn bedoeld om de lezer de gelegenheid te geven zich verder in dit onderwerp te verdiepen, in het bijzonder om "dieper in te gaan" op de verschillende technieken.

--Uitsluiting

 Aangezien noch ik als auteur van deze tekst noch de aanbieder van het 
 TC Wiki-platform enige controle hebben over de inhoud achter de 
 links - zoals bekend verandert deze in de loop der tijd - is de 
 lezer/gebruiker volledig verantwoordelijk voor het gebruik van de links.
 Claims voor schadevergoeding, ongeacht de reden en aan wie, worden automatisch
 uitgesloten door de lezer / gebruiker door te klikken op de links.
 Volgens de uitspraak van het OLG Hamburg distantieer ik mij (en ook de
 exploitant van dit platform) van de inhoud van de gelinkte pagina's,
 inclusief de daaropvolgende pagina's.
  • Gegevensformaten (Märklin - DDC - Selectrix - enz.)
 http://www.digital-bahn.de/info_begriffe/protokoll.htm
  • Multiprotocol - centrales / decoders
 http://www.digital-bahn.de/info_kompo/zentrale_multi.htm
 
  • DCC
 http://www.opendcc.de/index.html
 http://www.lokodex.de/mo/m_digital_dccprot01.htm
 http://www.steinhartw.de
  • Märklin
 http://de.wikipedia.org/wiki/M%C3%A4rklin_Systems
 http://www.stayathome.ch
 http://www.suter-meggen.ch/maerklin/digital/mfx_decoder/index.htm
 http://www.alice-dsl.net/mue473/index.htm
  • Selectrix
 http://www.steinhartw.de
 http://www.steinhartw.de/D&H%20Lokadressen/D&H%20Lokadressen%20Erfassung.htm
 http://de.wikipedia.org/wiki/Selectrix
 http://www.frank-keil.de/selectrix_/selectrix_.html
 http://www.uwe-magnus.de
 http://www.1zu160.net/digital/selectrix.php
 http://doehler-haass.de/cms
 http://doehler-haass.de/cms/media/pdf/FCC_Interface_Doku.pdf
        (Het protocol op de rails kan ook worden afgeleid uit dit document !!!)
  • Meer specifieke informatie over de afzonderlijke producten is te vinden op de
 respectieve homepages van de fabrikanten/distributeurs:
 Om redenen van neutraliteit worden hier geen links gegeven.

Conclusie

Ik hoop dat deze vergelijking degenen die overstappen van ANALOG naar DIGITAL wat basishulp geeft bij het kiezen van "UW digitale systeem" en alle andere lezers wat suggesties voor het ontwerpen van hun modelspoorbaan. Bovendien kan deze informatie ook helpen bij het vinden van een oplossing in geval van problemen.


--Jens Mohr 09:40, 17. Jul. 2011 (UTC) († 2023)
bearbeitet:Wohlmannstetter (Diskussion) 18:36, 10. Mär. 2021 (CET), Uslex (Diskussion) 14:35, 12. Feb. 2024 (UTC), Uslex (Diskussion) 10:42, 24. Aug. 2024 (CEST)